Mediagebruik van jongeren in 2005
Het mediagebruik van kinderen en met name jongeren is in de afgelopen twee jaar aanmerkelijk veranderd. Dat ligt onder meer aan de opkomst van MSN en aan het toenemende gebruik van games. TV kijken en radio luisteren staat onder druk. Een aantal bekende tijdschriften wordt minder gelezen. Het gebruik van dagbladen daalt verder. Mobiele telefoons krijgen een andere functie: meer SMS, minder spraak.
Deze week verscheen ‘Jongeren 2005’, de achtste editie van het jongerenonderzoek van Qrius. In 1991 verscheen het eerste onderzoek, daarna is het iedere twee jaar uitgevoerd. Voor ‘Jongeren 2005’ zijn 3975 kinderen en jongeren van 6 t/m 29 jaar ondervraagd. Ze vormen (na weging) een representatieve steekproef uit de populatie van kinderen en jongeren in de betreffende leeftijdsgroep in Nederland. Het veldwerk heeft plaatsgevonden van medio december 2004 tot medio mei 2005.
Ik kon helaas niet bij de presentatie aanwezig zijn (wel de uitnodiging ontvangen waarvoor dank). Gelukkig hebben ze wel een uitgebreide samenvatting van de resultaten online staan waarvan hier een selectie voor wat betreft het mediagebruik onder jongeren.
Mediagebruik: verschuivingen door MSN en games
Kinderen en jongeren maken intensief gebruik van de verschillende soorten media die in Nederland voorhanden zijn. Ze zijn op dit gebied vaak trendsettend en vertonen gedrag dat later door andere bevolkingsgroepen wordt overgenomen.
Het is dan ook geen wonder dat in het Jongeren-onderzoek altijd veel aandacht wordt besteed aan het mediagebruik. Bijzonder is dat we de verschillende soorten media in hun onderlinge samenhang meten; dat lijkt ons een betere benadering dan het onderzoeken van slechts ??n of enkele soorten media, zoals in veel andere onderzoeken gebeurt.
Uit Jongeren 2005 blijkt dat het mediagebruik van kinderen en met name jongeren in de afgelopen twee jaar aanzienlijk veranderd is. Dat ligt met name aan de opkomst van MSN en, in mindere mate, aan het toenemende gebruik van games.
De belangrijkste verschillen ten opzichte van 2003 zijn de volgende:
Televisie
Voor kinderen en jongeren blijft TV een heel belangrijk medium. Toch merken we dat televisie kijken onder druk komt te staan. Jongeren besteden meer tijd aan internet (MSN) en games. Daardoor hebben ze minder tijd om televisie te kijken. Als de PC en de computer in ??n ruimte staan, bijvoorbeeld hun eigen kamer, hebben ze de neiging om beide apparaten aan te zetten en de aandacht te verdelen. Al met al leidt dit ertoe dat jongeren in een aantal leeftijdsgroepen (15-19 jaar, 20-24 jaar) aangeven dat ze minder televisie kijken.
Radio
Jongeren in de leeftijdsgroepen 12-14, 15-19 en 20-24 jaar luisteren minder naar de radio. Met name thuis wordt de voorkeur gegeven aan andere media, zoals internet en de TV. Er is betrekkelijk veel kritiek op de eenvormigheid van radiostations. De binding aan radiostations lijkt minder sterk te worden.
Tijdschriften
Het gebruik van tijdschriften is op het niveau van het mediumtype relatief stabiel, behalve in het leeftijdssegment 15-19 jaar, waar een behoorlijke daling in het gebruik optreedt. Op titelniveau treden grote veranderingen op.
Dagbladen
Het gebruik van dagbladen daalt aanmerkelijk, met name onder jongeren van 15-19 en 20-24 jaar.
Internet
Kinderen en jongeren maken veel intensiever gebruik van internet dan twee jaar geleden. Onder kinderen van 6-11 jaar is er een stijging van 38% in 2003 naar 71% in 2005 (op basis van: gebruik minimaal 1x per week). De groep van 12-14 jaar stijgt van 82% naar 96%. Ook onder de oudere leeftijdsgroepen is de stijging aanzienlijk.
Games
Ook het gebruik van spelletjes en games neemt sterk toe: op consoles, op de PC en met name online. Het online gamen is met name populair onder 6-14 jarigen. Veel kinderen en jongeren vinden het leuk om samen met anderen, vrienden of onbekenden, op internet een game te doen.
Mobiele telefoon
Er zijn meer kinderen van 6-11 jaar die gebruik maken van een mobiele telefoon dan in 2003, maar hun aantal blijft (ten opzichte van oudere leeftijdsgroepen) beperkt. Onder jongeren krijgt de mobiele telefoon een andere functie: er wordt minder uitvoerig met elkaar gesproken dan enkele jaren geleden, er worden meer SMS?jes verzonden.
Multitasking
E?n van de uitkomsten van Jongeren 2003 was dat jongeren steeds vaker gebruik maken van verschillende media op hetzelfde moment. Ze doen dit om niets te missen. Dit verschijnsel wordt ‘multitasking’ genoemd.
Een groot deel van de kinderen en jongeren, namelijk 66%, geeft in Jongeren 2005 aan dat ze wel eens gebruik maken van meerdere media op hetzelfde moment. Om welke media gaat het:
MSN
We merken dat MSN in steeds meer levensfasen wordt gebruikt. Het is niet alleen meer een communicatiemiddel voor middelbare scholieren, maar ook voor studenten en werkende jongeren, en leerlingen uit de bovenbouw van de basisschool. Deze verschillende groepen kinderen en jongeren maken op hun eigen manier gebruik van MSN, passend bij hun levensfase.
De opkomst van MSN heeft in drie opzichten gevolgen voor andere media:
Op de eerste plaats vergt MSN?en veel tijd. Daardoor blijft er minder tijd over voor andere media en andere activiteiten.
Op de tweede plaats vereist het gebruik van MSN dat je achter een computer zit. Dat betekent dat jongeren buiten het bereik zijn van media die zich niet in dezelfde ruimte bevinden.
Op de derde plaats neemt MSN de rol over van andere communicatiemiddelen. Het meest fascinerend zijn wat dit betreft de gevolgen voor telefonie, zowel via de vaste lijn als mobiel.
Self-publishing
In de media zijn in het afgelopen jaar regelmatig artikelen verschenen over de populariteit van communicatiemiddelen waarmee jongeren over zichzelf kunnen ‘publiceren’. Denk aan weblogs, eigen sites en eigen pagina?s op sites als Partypeeps en Sugababes.
De resultaten van Jongeren 2005 laten zien dat jongeren veel liever met eigen vrienden en kennissen in een besloten omgeving communiceren, dan dat ze over zichzelf publiceren. ‘Interne’ communicatie in de eigen sociale groep gaat ver uit boven ‘externe’communicatie.
Deze conclusie lijkt in eerste instantie in tegenspraak met het relatief grote aantal eigen pagina?s op sites en eigen sites. Gemiddeld heeft 29% van de kinderen en jongeren een eigen pagina of een eigen site. Het gaat hier vooral om eigen pagina?s op sites zoals Partypeeps, Sugababes en CU2.
De meeste jongeren geven aan dat ze hun persoonlijke pagina?s op sites in een opwelling hebben gemaakt, omdat iedereen dat deed. Vervolgens zien ze er vaak niet meer het nut van in om hun pagina bij te houden; hun vrienden en kennissen treffen ze immers op MSN, en ze hebben er weinig behoefte aan om met onbekenden te communiceren.
Middelbare scholieren kijken op deze manier ook naar echte, eigen sites en weblogs. Ze zien er het nut niet van in om deze te gebruiken. Veel middelbare scholieren weten zelfs niet eens wat een weblog is. Onder studenten en werkende jongeren is de animo voor eigen sites en weblogs wel wat groter, maar ook daar is het aantal beperkt omdat het nut ervan vaak niet wordt ingezien. Een weblog is iets voor freaks en voor specifieke momenten, bijvoorbeeld als je een wereldreis maakt.
Bronnen
Adformatie 37, 15 september 2005, p.21-22