Marketing 2.0: Er is geen informatieschaarste meer

19 mei 2007, 04:51

Er is geen informatieschaarste meer!Dankzij technologie is er geen informatieschaarste meer en hebben consumenten overal en met alle devices toegang tot eigen gegevens en informatie van andere consumenten. Dit levert voor deze consumenten twee voordelen op.

Ten eerste wordt het beheer van informatie efficiënter (agenda, dagboeken/verslagen, email, documenten, foto/film, belastingaangifte, verjaardagen, financiën, flowcharts, contacten) en ten tweede levert technologie transparantie op, waardoor consumenten makkelijker toegang krijgen tot (gebundelde) informatie van andere consumenten (productvergelijkingen, reviews, klachten, vragen, verslagen en ervaringen). Online efficiëncy dus: met minder moeite meer dingen makkelijker en sneller doen.

‘Web 2.0’ met grote snelheid

Bedrijven en exploitanten ontwikkelen in grote snelheid ‘web 2.0’ applicaties die veelal gratis zijn (hyves, delicio.us, pandora, marktplaats, youtube) en trekken daarmee miljoenen gebruikers die vervolgens weer informatie rubriceren, classificeren en delen. Internet wordt functioneler en vervangt daarmee veel ‘normale’ software, zoals tekstverwerking, beheersoftware voor video/afbeeldingen tot en met task- en projectsoftware.

Web 2.0 applicaties hebben sterke overeenkomsten. Allereerst de usablity: de applicaties zijn makkelijk en prettig in gebruik. Het design is eenvoudig, krachtig en herkenbaar. Daarnaast zien we dat Web 2.0 applicaties output en input kunnen realiseren volgens dezelfde standaard (XML, RSS). Dit maakt ontsluiting en uitwisselbaarheid van gegevens makkelijk. Zo is het mogelijk om gegevens van weblogs of takenapplicaties eenvoudig in een RSS-reader te lezen zijn en is integratie van ingevoerde content op eigen en andere websites met een ‘muisklik’ te regelen. Standaardisatie biedt gebruikers de mogelijkheid eenvoudig een eigen internet startpagina te maken met een keuze uit een enorm aantal contentbronnen. Ook zien we dat Web 2.0 de gebruiker in staat stelt om vele contentbronnen en formaten met elkaar te combineren, zoals audio, video, mobiel en en rss. Een andere overeenkomst die Web 2.0 applicaties met elkaar delen is de mogelijkheid om makkelijk te reageren op input van andere gebruikers. Een goed voorbeeld hiervan is een wiki, waar groepen gebruikers heel effectief online kunnen werken. Interessant voor de werkgroep, feestcommissie of vriendengroep. Als je zelf wilt deelnemen aan Web 2.0, dan betekent dat niet alleen ‘nemen’, maar ook ‘geven’. Dat is het principe van Web 2.0. Uiteindelijk word je daar zelf ‘rijker’ van.

Topmanagers tevreden over ‘Web 2.0’

Het gevolg van Web 2.0 wordt langzaam duidelijk: een bruisende steeds groter wordende hoeveelheid gebruikerscontent (filmpjes, links, reviews, foto’s, dating, pod- en videocasts, artikelen) en applicaties wordt iedere dag over ons uitgeworpen. En de consument kiest vervolgens welke informatie hij op welke manier wil ontvangen. Voor bedrijven ontstaan daarmee ook talrijke nieuwe communicatie-bronnen. Het bedrijf zal ook moeten nadenken over de wijze waarop zij webtoepassingen kunnen inzetten om prospects en klanten te werven en te behouden. Hoopgevend is een onderzoek dat McKinsey in januari 2007 heeft uitgevoerd onder 2847 topmanagers. Uit dat onderzoek bleek dat ruim de helft tevreden was met de investeringen in Web 2.0. Men was van mening dat Web 2.0 een vaste plaats zou moeten krijgen in de commerciële strategie van bedrijven. Zelfs 20% was nu al blij met het commerciële resultaat ervan. Ruim baan dus voor weblogs, wiki’s, pod- en vodcasts, peer-to-peer networking, rss-feeds en klantspecifieke web- en mobiele services.

Samenvattend:

• Door technologie geen informatieschaarste meer

• Over en met alle devices informatie

• Efficiënt beheren en verzamelen van informatie

• Snelle groei aantal Web 2.0 applicaties en vervanging van ‘normale’ software

• Functioneler web de basis voor verdere groei nieuwe gebruikers internet en intensiever gebruik bestaande gebruikers

• Kans voor bedrijven ten aanzien van ‘servicing’ en werving

• Topmanagers nemen Web 2.0 op in hun commerciële strategie

Door technologische en sociale ontwikkelingen verandert marketing de komende jaren drastisch. Marketing 1.0 maakt plaats voor marketing 2.0 met consequenties voor merken, producten, communicatie en distributie. Over het ‘fenomeen’ Marketing 2.0 heb ik een boekje geschreven, waarvan ik alle 12 hoofdstukken aan jullie wil voorleggen. Het boekje is bestemd voor marketeers & management die in snel tempo alle facetten willen leren kennen. Wekelijks worden twee hoofdstukken gepubliceerd. Aan het einde van alles publicaties volgt het Marketing 2.0 model dat ik heb ontwikkeld. In mijn eerste post kun je meer lezer over de wijze waarop Marketing 2.0 de komende maanden haar definitieve vorm gaat krijgen. Volgende week verschijnen de hoofdstukken: ‘Mondiger’ en ‘Social Branding’.

- Eigenaar, directeur MarketingMonday.nl - Freelance OHRA namens directie ontwikkeling nieuwe commerciele strategie - Eigenaar, directeur MarketingXperts - Marketingdirecteur DSB Groep - Eigenaar, directeur Eyedentity Communications - Eigenaar, directeur Cramer & van Hooijdonk - Eigenaar, directeur The Creative Box

Categorie
Tags

14 Reacties

    Vincent Leenders

    @Richard: er is niet alleen geen sprake meer van informatieschaarste, ook mediumschaarste is een begrip dat verdwijnt.


    19 mei 2007 om 10:25
    Ludwig Kilian

    Ik begrijp wat jullie bedoelen en het is een enorme vooruitgang in technische mogelijkheden. Naar mijn mening vragen wij ons marketeers te weinig af of de doelgroep hier ook daadwerkelijk wel mee om kan gaan.


    19 mei 2007 om 12:38
    Simon Siahaya

    @Ludwig

    Het is de vraag of marketeers ermee om kunnen gaan.


    19 mei 2007 om 19:35
    rvhooij

    @Vincent. Op de verdwijnende mediaschaarste kom ik snel terug. Helemaal waar dat informatie- en mediaschaarste in steeds mindere mate aanwezig is. De vervolgvraag is dan: kunnen consumenten en met name marketeers deze informatie- en mediaoverload aan. Het antwoord is simpel: beiden zijn nog aan het experimenteren en sommigen (early adopters) hebben het al opgenomen in hun dagelijkse patroon. Voor bedrijven wordt dus het dus vanuit bedrijfseconomische perspectief cruciaal om ‘mee te experimenteren’ op basis van een goede aanpak (visie, inzichten, pva, businesscase).


    20 mei 2007 om 03:30
    rvhooij

    @Bram. Dank voor je input. De zaken die jij noemt komen aan de orde in het hoofdstuk ‘crossmediale helicopterpiloot. Maar ik ga nog even checken 🙂 De ‘vice versa’ dialoog lijkt mij duidelijk. Ik kom daar uitgebreid op terug. Bedrijven/merken moet luisteren en voortdurende de dialoog opzoeken. Niet alleen leadgeneratie, maar zeer zeker ook in productontwikkeling, merkbeleving, distributie en andere onderdelen van de commerciele strategie. ‘Vraag en gij zult weten’. Het lijkt vrij simpel, maar simpel lijkt niet altijd logisch 🙂


    20 mei 2007 om 03:34
    rvhooij

    @Ludwig en Killian. Zowel marketeer als klant zijn volop aan het experimenteren. Ik lees gisteren dat ook KPN een ‘interactief testcentrum’ gaat starten. Een goed initiatief. Experimenteren is belangrijk om te ontdekken, leren en om vervolgens toe te passen om daar vervolgens commercieel resultaat uit te halen. Mijnsinziens moeten bedrijven een deel van het commerciele budget (bijvoorbeeld 15%) structureel steken in commerciele/marketing innovatie. Bedrijven die dat niet doen lopen achter op de experimenterende en straks ervaren consument. De noodzaak om iets te ondernemen lijkt bij de meeste bedrijven nog zeer beperkt. Grote merken slapen en marketeers weten totaal niet wat ze met al die media/middelen en kritische, zelfselecterende en sociale consumenten aan moeten. En nu komt het mooie: daar gaan wij die bedrijven bij helpen :-). Anyway, de komende 6 weken komen er wekelijks 2 hoofdstukken aan. Dus leesvoer genoeg.


    20 mei 2007 om 03:41
    Vincent Leenders

    @Richard: ik heb vaak het gevoel dat de consument de informatie- en mediaoverload beter kan hanteren dan menig groot merk. Een belangrijke oorzaak lijkt mij daarbij te zijn dat merken/bedrijven het oude vertrouwde maar moeilijk kunnen loslaten en slecht kunnen omgaan met delen van kennis, bereik, competentie, kortom alle kernelementen van web2.0. Top-down sturen van informatie is ook tegengesteld aan bottom-up komen, zoals nu aan de hand is. Bedrijven moeten wel investeren in de door jou genoemde innovatie. De beschikbare middelen voor consumenten om hun stem te laten horen zullen alleen nog maar meer laagdrempelig worden, waardoor de noodzaak voor bedrijven evenredig zal toenemen. Ik verbaas mij trouwens continu over de door jou gesignaleerde trend dat bij veel partijen de noodzaak om iets te ondernemen nog zeer beperkt lijkt: de wereld draait immers door.


    20 mei 2007 om 07:52
    rvhooij

    @Vincent. Alle innovatie is moeilijk. Mijn stelling dat bedrijven in principe niet zijn ‘ingericht’ om te innoveren en hebben de focus op de ‘bestaande business’ (dus moet je innovatie grotendeels buiten de deur opstarten). Innovatie was de afgelopen niet top of mind bij de ‘boards’ en directies. Het gevolg: marketeers die met hun handen in het haar zitten, omdat ze niet de tools en instrumenten krijgen om aan de slag te gaan. En ook vaak niet de kennis en ervaring hebben, die zo nodig is om innovaties te laten slagen. Pilots zijn nodig om die kennis en ervaring op te doen. Maar dan moet het wel een onderdeel zijn van de commerciele strategie die op directieniveau wordt uitgezet. Ik deel jouw mening dat de consument verder is dan veel bedrijven. Laat dat dan onze ’trigger’ zijn ….. Ik sta nog steeds achter mijn opvatting dat veel partijen de noodzaak nog niet inzien. Die noodzaak begint nu pas een beetje ‘binnen te druppelen’. Logisch: de early adopters zijn aan zet geweest. Slechts een handjevol bedrijven heeft commerciele innovatie echt op de agenda gezet. Een ander deel doet het ‘er een beetje bij’. Weer een ander deel wacht totdat anderen de ‘hete eikeltjes’ uit heet vuur heeft gehaald. Ben het met je eens dat de ‘wereld door draait’. Voor het ene bedrijf echter wat harder dan het andere …


    20 mei 2007 om 13:36
    Mark Nijssen

    Ook een bijzonder fenomeen van 2.0: iedereen die zijn persoonlijke leertraject blogt. Posts als deze over onderwerpen die volgens mij al lang en breed zijn uitgemeten op dit weblog, welke door andere/nieuwe schrijvers nog eens worden aangehaald en opnieuw in het zonnetje worden gezet, alsof het nieuw is.

    Overigens: waarom een boek hierover schrijven? Al deze info staat toch al lang online?


    21 mei 2007 om 06:41
    rvhooij

    @Marc

    ls je de vorige posts hebt gelezen, dan kun je zien dat de 12 hoofdstukken zijn geschreven voor de grote groep die nog niet zover is, als dat jij blijkbaar bent 🙂


    21 mei 2007 om 06:47
    media

    @Marc, Richard: ben het deels wel met Mark eens. Prima dat eea nog eens wordt herhaald maar dan zou je als toegevoegde waarde voor de lezers op mf een samenvatting met links naar eerdere postings moetejn brengen. Richard, werk aan de winkel voor je volgende hoofdstukjes 😉


    21 mei 2007 om 06:54
    Mark Nijssen

    Ah, dat verklaart wellicht een deel… de link naar je ‘eerste post’ lijkt stuk


    21 mei 2007 om 06:56
    rvhooij

    Marc, Marco. Bedankt voor de input. Ik ga de komende 10 stukken lekker heen-en-weer linken 🙂


    21 mei 2007 om 06:59
    media

    @Richard: niet alleen lekker heen en weer linken, door een link te leggen naar de eerdere postings die vaak maar een klein aspect benoemden, voeg je ook echt waarde toe 😉


    21 mei 2007 om 07:01

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!