“Mediabeleving nauwelijks veranderd”
TNS NIPO heeft voor de vierde keer onderzoek gedaan naar de mediabeleving in Nederland. Hoewel er de afgelopen jaren veel gebeurd is in het medialandschap heeft dit maar tot kleine veranderingen geleid in de relatieve posities die de mediumtypen (tijdschriften, internet, dagbladen, televisie, radio, huis-aan-huisbladen, bioscoop en post) innemen op de elf belevingsdimensies, zo concludeert het onderzoek. Het onderzoek meet “de emotionele, gevoelsmatige ervaring (subjectieve beleving) die mensen ondergaan tijdens het consumeren van media en reclame”.
Uitkomsten
Internet voor sociale interactie en actualiteiten
Het onderzoek bevestigt het buikgevoel ten aanzien van internet; internet is een medium dat gebruikt wordt voor actualiteiten (tweede plaats op de actualiteitfactor na dagbladen) en om samen met anderen iets te doen/te delen en in contact te blijven (tweede plaats op sociale interactie na bioscoop).
Toename penetratie tablet en smartphone verrijkt internetbeleving
Nieuw in het onderzoek is het meten van de mediabeleving via mobiele apparaten. Bij elk mediumtype doen zich nuanceverschillen voor in termen van beleving. De grootste verschillen zijn zichtbaar bij internet. Bij gebruik van een tablet haalt men meer informatie en actualiteiten van het internet, terwijl de smartphone meer vanuit tijdverdrijf wordt gebruikt en het gebruik ervan tot meer gespreksstof en sociale interactie leidt.
Dagbladen autoriteit op het gebied van informatie en actualiteiten
Dagbladen behouden hun toppositie als het gaat om het bieden van nuttige en geloofwaardige informatie (informatiefactor) en het raken van lezers door zowel de positieve als negatieve berichtgeving (geraaktheidfactor). Ook op de nieuwe actualiteitdimensie (snel op de hoogte/up-to-date blijven), scoren dagbladen het hoogst van alle mediumtypen.
Televisie is een medium waarin men zich herkent
Televisie behaalt, na tijdschriften, de hoogste relatieve positie op de identificatiefactor; kijkers herkennen zich in én identificeren zich met de programma’s die zij kijken. Ook weet televisie kijkers te raken getuige de gedeelde 2e/3e positie samen met post op de geraaktheiddimensie (dagbladen zijn de onbetwiste nummer één op deze dimensie).
Tijdschriften: praktische tips en laatste trends
Tijdschriften scoren ook op drie belevingsdimensies een nummer één positie. In tijdschriften herkent men zich het meeste (identificatiefactor), terwijl tijdschriften eveneens het beste in staat zijn om lezers te voorzien van handige tips (praktische bruikbaarheid) en op de hoogte te houden van nieuwe trends en ontwikkelingen (innovatiefactor).
Huis-aan-huisbladen: tips en ideeën
Huis-aan-huisbladen zijn het medium dat het meeste vanuit tijdverdrijf wordt geconsumeerd. Toch halen lezers veel handige tips en ideeën uit huis-aan-huisbladen (tweede plaats op praktische bruikbaarheid na tijdschriften).
Post weet ontvangers te raken
Post scoort van alle belevingsdimensies het hoogst op de geraaktheidfactor (gedeelde 2e/3e positie samen met televisie na dagbladen). Post, waarbinnen het aandeel zakelijke post de afgelopen jaren is toegenomen, weet de ontvangers echt te raken.
Bioscoop: een vermakelijk en sociaal medium
Bioscoop behaalt, net als in de voorgaande edities, de meeste topposities op de belevingsdimensies. Een bioscoopbezoek leidt tot het meeste vermaak (transformatiefactor), het meeste enthousiasme (stimulansfactor), en de meeste gespreksstof (sociale factor). Tevens wordt het bezoeken van een bioscoop het meest ervaren als een mogelijkheid om samen met anderen iets te doen of te delen (sociale interactiefactor).
Radio biedt vermaak
Radio heeft één duidelijke specifieke functie; het is echt een transformatiemedium (tweede plaats op de transformatiefactor na bioscoop). Op de andere dimensies behaalt radio een middenmoot of achterhoedepositie.
Conclusie
Ik denk dat onderstaande bevindingen een aardig beeld geven, maar ik ben het zeker niet met alles eens. De rol van de smartphone wordt echt teniet gedaan, de consument heeft een zeer intensieve en persoonlijke relatie met z’n phone. Dit laat het onderzoek “Meet the Screens” van Microsoft bijvoorbeeld mooi zien: “De mobiele telefoon is de lover. Het meest persoonlijke apparaat wat gebruikers hebben. Gebruikers voelen zich zowel emotioneel als fysiek verbonden met het apparaat. Het is een apparaat wat je altijd bij je draagt. Interessant is, is dat de relatie tot de smartphone het meest universeel is in alle landen en leeftijdsgroepen.” Ook de rol van TV en PC kloppen daarbij gevoelsmatig beter. Wat vind jij? Laat het weten in de comments.
Over het onderzoek
Het is de vierde keer dat het mediabeleving onderzoek wordt uitgevoerd. Het onderzoek wordt samen met Magazines.nl, PMA, Cebuco, PostNL en LMP uitgevoerd. Eerder werd het onderzoek gehouden in 1997/1998, 2003/2004 en 2007. In deze editie is het onderzoek uitgebreid met het meten van de beleving via devices (zoals smartphone en tablet), en zijn drie nieuwe belevingsdimensies (de actualiteitfactor, de innovatiefactor en sociale interactiefactor) aan het onderzoek toegevoegd.
Doelgroep: Nederlandse bevolking van 13 jaar en ouder
n=1.703 personen
Methode: CAWI. (internetters) en Face to Face (niet-internetters).
Het veldwerk heeft plaatsgevonden van 18 november tot en met 1 december 2011.