Marc van der Chijs: “Niets klakkeloos aannemen, heb ik op school geleerd”
Ondernemer [en ex-Marketingfacts-blogger, red.] Marc van der Chijs (40) investeert eigenlijk alleen in mensen die net zo zijn als hij: echte ondernemers die keihard willen werken. “Ik geloof niet dat mensen heel succesvol kunnen worden als ze maar 30 of 40 uur per week maken. Dat werkt niet. Zeker niet in bedrijfstakken waar veel jonge mensen actief zijn en die internationaal in opkomst zijn.” Van der Chijs weet waarover hij het heeft. Na zijn studie in Maastricht vertrok hij naar Duitsland, vervolgens naar Indonesië en nu woont en werkt hij alweer jaren in China. Hij stond aan de wieg van de Chinese Youtube, Tudou, werkte lange tijd 80 à 90 uur per week. “Harder dan goed voor je is.” Na tien jaar doet hij het nu wat rustiger aan: hij werkt zo’n 50 à 60 uur per week. En houdt zich op dit moment voornamelijk bezig met investeren. Zo adviseert hij een groot Canadees VC-fonds.
“China is heel innovatief, maar vaak op al bestaande dingen”
China is de plek waar hij privé nog wel investeert, maar hij kijkt de laatste tijd ook steeds vaker naar Noord-Amerika. “China is heel innovatief, maar vaak op al bestaande dingen. Amerika is veel disruptiever.” Een mooi voorbeeld daarvan is Twitter. Door de Chinese overheid verboden, maar nu in een lokale variant niet meer weg te denken. Een lokale Chinese variant die beter is dan het orgineel. Stabieler en met meer mogelijkheden. “Het is gewoon een beter platform.” Ook de Chinese MSN, WeChat, is beter en geavanceerder dan MSN. “Als ik bij Twitter zou werken, zou ik nu naar China kijken: waarom zijn mensen veel actiever op de Chinese Twitter dan op het gewone Twitter, waar ligt dat aan? Wat kunnen we daarvan leren?”
“In China wordt je als buitenlander niet meer met open armen ontvangen”
Van der Chijs verwacht overigens niet dat hij over drie jaar nog in China woont. “Vroeger werd je als buitenlander met open armen ontvangen, dat is niet meer het geval.” Van der Chijs merkt met name dat wanneer een bedrijf het goed doet, het lastig is om aan geld te komen. “Vroeger werd er geïnvesteerd in buitenlanders in China, maar nu moet je je bedrijf verplaatsen om geld op te halen. Je kunt gewoon niet doorgroeien.” Chinezen kijken niet langer op tegen het Westen. Inmiddels hebben ze vaak het gevoel het zelf ook wel te kunnen. Dat ze het daarbij niet altijd even nauw nemen met zaken als rechten of bestaande patenten, daar ligt Van der Chijs niet wakker van. “Ik ben geen voorstander van patenten. Dat remt de innovatie.” Dus zegt hij: gewoon beginnen. Pas wanneer je groot wordt, moeten zaken geregeld worden en dan is er vaak wel geld voor.
“ Het draait uiteindelijk allemaal om mensen”
Tot slot nog wat tips voor ambitieuze, jonge Nederlanders. Voor een goede opleiding hoef je niet naar het buitenland te gaan. Nederlandse universiteiten bieden topkwaliteit. Voor het opdoen van contacten kan een master in het buitenland nog wel eens handig zijn, maar niet persé noodzakelijk. Wanneer de fase van ‘geld ophalen’ aanbreekt is Amerika natuurlijk te prefereren. “Wanneer je de mogelijkheid hebt en je wilt verder, ga dan naar Amerika. De kans is veel groter dat je daar geld vindt. Er is meer investeringskapitaal.”
Zelf ontvangt en beoordeelt Van der Chijs dagelijks businessplannen. Tegen 90% zegt hij direct nee. De rest houdt hij grondig tegen het licht. Bij de beoordeling draait het voornamelijk om de mensen. Hard werkende mensen die ook bereid zijn om hun eigen ideeën los te laten. “Ik test ze: ik val ze aan op hun idee, ook al is het goed. Ze mogen het dan best hard verdedigen, maar ze moeten wel inzien dat hun plan nooit 100% goed is, maar 70 of 80%. Daarna ga je pas echt kijken naar het idee: klopt het, kan het wereldwijd uitgerold worden? Want dat is wat ik wil. De Chinese markt is heel interessant, maar uiteindelijk heb ik als niet-Chinees echt toegevoegde waarde in het uitrollen buiten China.”