Nicholas Piël (Surfly): “We maken samen op internet surfen makkelijk”
Het idee voor Surfly ontstond toen Nicholas Piël zelf bij een helpdesk werkte. “Dan zit je met iemand aan de lijn en je moet uitleggen hoe iets werkt. Dat is ontzettend frustrerend: meneer ziet u dat knopje rechtsboven? Misschien ziet hij dat knopje wel, maar dat blijkt dan uiteindelijk een heel ander knopje te zijn.” Oplossingen voor dit probleem bestonden al wel, maar betekenden altijd dat je speciale software moest installeren. Dat hoeft niet meer met Surfly. “Het maakt het heel makkelijk om samen met anderen te surfen op het internet.”
Samen met anderen surfen betekent in praktijk dat er één iemand surft en dat anderen kunnen meekijken. Heel eenvoudig. “Je gaat naar surfly.com. Je vult daar een website in. Je krijgt een linkje terug en dat kun je delen. Wanneer anderen dat linkje openen, zien ze precies wat jij aan het doen bent op die website.” Er hoeft dus geen software te worden geïnstalleerd en de computer wordt niet overgenomen. Het is alleen niet mogelijk om ook via surfly met elkaar te communiceren. “Je ziet dat mensen vaak al een manier hebben om met elkaar te communiceren. Dat kan bijvoorbeeld met Hangouts of Skype, dus daar willen willen geen extra kanaal voor maken.”
“Dankzij de SXSW accelerator heeft Surfly een daadwerkelijk moment om te pitchen ”
Het Amsterdamse Surfly bestaat nu bijna drie jaar en werd vorig jaar officieel gelanceerd tijdens Techcrunch Disrupt Europe Berlin. Het team is in die tijd van twee naar drie man gegroeid. Het bedrijf wordt gesteund door een Nederlandse investeerder en is nu doorgedrongen tot de startup-accelerator op SXSW. Ruim vijfhonderd startups leverden een schriftelijke pitch in van 1 A4-tje, daaruit werden 48 startende bedrijven uitgekozen die op de acceleratordag voor een grote zaal mogen pitchen. Dat geeft Surfly een voorsprong op andere bedrijven, want op het drukbezochte SXSW is het vechten om aandacht. ”Het voordeel is dat we in de accelerator staan, dat betekent dat je daadwerkelijk een moment hebt om te pitchen. En als het goed gaat zelfs meerdere momenten, omdat je dan doorgaat naar een volgende ronde.”
Dan moet het pitchen wel goed gaan en in de praktijk blijken Amerikaanse starters dat veel beter te doen dan bedrijven uit de rest van de wereld. “Dat probleem zie ik ook. Wij zijn wat dat betreft redelijk ingetogen vergeleken met Amerikanen, dus daar moeten we gewoon heel hard aan werken.” Dat harde werken gebeurt onder leiding van een door SXSW toegewezen coach; vanaf deze week wekelijks een afspraak per Skype en vlak voor de grote dag in Austin een trainingsdag.
“ Een Amerikaanse partner betekent vrijwel zeker verhuizen”
Blijft de vraag wat het uiteindelijke doel is van het bezoek aan SXSW. Piël hoopt op Amerikaanse partners, maar hij weet maar al te goed dat Amerikanen over het algemeen niet erg happig zijn om te investeren in een Europees bedrijf. “Dus het zal waarschijnlijk betekenen dat we die kan op moeten gaan.” Als… Maar zover is het nog niet. En met minder is Piël ook tevreden. “Wanneer we er in ieder geval een paar interessante contacten aan overhouden.” En ondertussen doorgroeien naar een product waar mensen of bedrijven voor willen betalen.