The creative coder – over de creatieve potentie van een technisch beroep

Volgens Richard Florida is er een nieuwe economische klasse aan het ontstaan: de creative class. Deze groep zal het grootste deel van de toekomstige economische groei voor zijn rekening nemen. Dit zijn de mensen met een creatief, innovatief en kennisintensief beroep, die waarde toevoegen door nieuwe ideeën te bedenken. Hierbij horen ontwerpers, marketeers, wetenschappers, maar ook software developers?

Wat doet een software developer? Hij maakt dingen en ook al bepaalt hij in grote mate hoe hij het maakt, hij heeft meestal geen invloed op wat hij maakt. Is het een creatief beroep? Nog niet. De meeste bedrijven zien het als een puur technisch beroep, waardoor de werkzaamheden meteen in hoge mate ingekaderd zijn. De creatieven in een bedrijf zijn traditioneel gescheiden van de technici (soms zelfs letterlijk op verschillende afdelingen).

Deze situatie hangt ook samen met het achterhaalde idee van de linker en rechter hersenhelft. Creatieve mensen gebruiken hun rechter hersenhelft meer en analytisch ingestelde mensen maken meer gebruik van hun linker helft. Zo zitten we in elkaar. Het onderscheid tussen creatieven en technici is de natuur. Niet alleen is dit onzin, het beperkt ook mensen en organisaties in hun ontwikkeling.

Want programmeren is in beginsel eigenlijk iets heel creatiefs. Je begint met een leeg document en alles wat je kunt bedenken is hierop mogelijk. Je krijgt een idee, begint te typen, te sleutelen en te experimenteren. Op een gegeven moment heb je iets gemaakt, iets wat echt werkt, iets wat je zelf bedacht hebt. Dat is wat programmeren zo inspirerend maakt: het creatieve aspect.

Steeds meer organisaties beginnen het creatief potentieel van developers in te zien. Google heeft bijvoorbeeld het DevArt project opgestart. Wat is DevArt?

“DevArt is a celebration of art made with code by artists that push the possibilities of creativity – where technology is their canvas and code is their raw material.”

Ik zeg niet dat iedere developer eigenlijk moet proberen om een kunstenaar te zijn. We hebben ook zeker developers nodig die het kicken vinden om een project zo snel en foutloos mogelijk af te ronden. Dit zijn de technische professionals. Maar een creative coder is anders. Hij kickt niet op techniek of op het verbeteren van bestaande functionaliteiten, maar op het bedenken van nieuwe functionaliteiten en features, waarvan klanten zelf nog niet eens wisten dat ze het eigenlijk dolgraag wilden hebben.

Dit onderscheidt de creative coder ook van de hacker, die niet commercieel ingesteld is. Een creative coder inzetten als code monkey (altijd maar dezelfde soort code intikken, zonder ook maar de geringste invloed te hebben op wat je aan het maken bent) is het ergste wat je een creative coder aan kunt doen. Daarmee beknot je zijn creativiteit.

Een team of organisatie heeft technische professionals nodig maar zeker ook creative coders. Zij kunnen het team een innovatieve impuls kan geven, want zij zitten ook nog eens dicht op de techniek. Ze kunnen nieuwe mogelijkheden snel herkennen en verbanden leggen tussen uiteenlopende functionaliteiten en technieken.

Door bestaande dingen te combineren, ontstaat vaak iets geheel nieuws. En nog belangrijker: ze kunnen experimenteren en meteen een werkend prototype maken bij een idee. Zo staat de creative coder midden in de creative class, en draagt hij zijn steentje bij op het gebied van innovatie.

Hoe krijgen we meer creative coders? Daar is een cultuuromslag voor nodig. Herken de creative coder en geef hem de ruimte om zich te ontplooien in zijn ‘full creative potential‘. Presenteer programmeren in het onderwijs niet uitsluitend als technisch vak, maar ook als creatief vak. En als je zelf developer bent: laat je niet in een technisch hokje plaatsen, en doe recht aan je volledige creatieve potentieel.