Jarell Habets (Shypple): “Wij maken het verschepen van vracht makkelijker, sneller en goedkoper”

Een bijbaantje op een expeditiekantoor in de Rotterdamse havens leerde Jarell Habets dat er een wereld te winnen viel. “Ik zag wat een papierwinkel een expeditiekantoor is. Je was de hele dag bezig om door de onduidelijkheid van de markt heen te prikken om uiteindelijk een offerte te kunnen doen richting de klanten. Als je dat vergelijkt met andere industrieën waarin de digitalisering wel al heeft plaatsgevonden snap je: dit kan makkelijker.” Zo gezegd, zo gedaan. Vorig jaar augustus ging Shypple van start, inmiddels zet het bedrijf zo’n 100.000 euro per maand om.

Shypple is in feite een digitale tussenpersoon. Het bedrijf maakt kosten en transits voor klanten inzichtelijk. Voor dat inzicht is Shypple wel nog steeds afhankelijk van een traditionele industrie.

“Een traditionele expediteur zit te wachten bij de telefoon tot er een aanvraag binnenkomt. Als dat het geval is, stapt hij naar de verschillende partijen toe met de vraag wie kan dat voor welke prijs regelen? Daar gaat in een goed geval een uur overheen en in een slecht geval een paar dagen of een week.”

Shypple heeft alle informatie op voorhand al handmatig verzameld. “Het is belangrijk dat je vooraf goed afspreekt welke facetten van het transport jij moet verrichten en waarvoor je ook het risico draagt. Dat klik je bij ons aan en dan zoeken wij de beste afvaart tegen de beste tarieven. Daarna zijn wij op de achtergrond bezig contact op te nemen met de rederij en de boeking plaats te laten vinden. En de verschillende partijen met elkaar te laten samenwerken.”

“Wij hadden 5 of 10 jaar gelden geen kans van slagen gehad.”

Met de kennis die Habets inmiddels heeft opgedaan, zou hij morgen een nieuwe site als CheapTickets kunnen starten. In de vliegtuigindustrie zijn de diverse airlines inmiddels zo ver dat ze api’s leveren, zodat derden hun lege stoelen kunnen verkopen.

De scheepvaart is nog lang niet zo ver. Als de prijzen wijzigen, moet dat nog altijd handmatig worden doorgevoerd. Toch is er het nodige ten goede veranderd. “Ik denk dat als wij 5 of 10 jaar geleden waren gestart, we helemaal geen kans van slagen hadden gehad. Toen kon je nog niet bij een rederij aankloppen en zeggen: ‘Geef mij jouw wereldwijde vrachttarieven.’ Dan vroegen ze onmiddellijk: ‘Waar heb je dat voor nodig dan? Als je business hebt, laat maar weten.’ Ik denk dat met de komst van de Ubers van deze wereld ze wel snappen dat ze dat wel maar beter kunnen delen. Maar daar zijn we nog wel steeds van afhankelijk.”

Ondanks de hobbels op de weg gaat het goed met Shypple. Het bedrijf groeit elke maand met zo’n 20 tot 25 procent. “We zijn op expeditievlak nog steeds een kleine speler. We vullen nog steeds geen hele schepen en gaan dat misschien nooit doen. Maar sinds we wat meer in de media zijn gekomen, hebben rederijen, ook miljardenbedrijven, ons benaderd of ze toch niet de tarieven konden delen. Dat is wel heel interessant.”

De grootste rederij, Maersk, heeft inmiddels een tool ontwikkeld waarmee het voor expediteurs makkelijker wordt om vracht te verschepen. API’s bestaan er echter nog niet in deze wereld. Maar de concurrentie is inmiddels wel wakker: “Ik denk dat de grote expediteurs er ook naar aan het kijken zijn. Maar het is voor hen lastig om het talent aan te trekken.”

“Uiteindelijk draait het er om wie de meest gebruiksvriendelijke app kan presenteren: zij moeten echt hun businessmodel volledig omgooien en ze zitten nog met 50.000 man personeel wereldwijd. Dus de marges liggen nog enorm hoog. Zij moeten 20 procent bruto marge vragen op transporten waar wij 7,5 tot 10 procent voor vragen. Onderaan de streep houden we hetzelfde over. Dus je ziet ook dat als wij straks voldoende schaal hebben en zij niet snel genoeg volgen, het hun zeker marktaandeel gaat kosten.”

“Wij willen een wereldwijde marktspeler worden.”

Habets is blij dat hij er niet voor heeft gekozen een echte marktplaats te worden. “Daarmee ben je afhankelijk van de innovatiekracht van de aanbieders op jouw platform en los je het fundamentele probleem van de industrie niet op. Dat is het handmatige werk binnen een expeditiekantoor.”

“Wij hebben echt het fundamentele probleem willen aanpakken en dat is onszelf digitaliseren. We zijn ook niet afhankelijk van dure freight forwarding-software die we moeten kopen. De webapplicatie heeft een achterkant en dat is ons dashboard. Ik durf ook te zeggen dat onze medewerkers tweeeneenhalf tot drie keer productiever zijn dan de operationele medewerkers bij traditionele expeditiekantoren.”

Een van de investeerders in Shypple is het bedrijf waar Habets ooit als student begon. Aanvankelijk had Habets gehoopt dat bedrijf in zijn geheel ‘om te turnen’. Dat bleek te hoog gegrepen. “Als ik alles had geweten wat ik nu weet, was ik er misschien niet eens aan begonnen. Er kwamen veel meer randzaken bij kijken dan ik initieel had gedacht. Het was eerst ook het idee om het binnen het bedrijf op te zetten, maar het was enorm lastig om die transitie in een MKB-instelling te bewerkstelligen. Ik dacht: hier gaat het te lang duren, ik ga het zelf doen.”

Met een duidelijk doel. “Wij willen een wereldwijde marktspeler worden. Hoe we dat gaan bereiken, daar zijn we nog niet over uit. Het is redelijk universeel, wat specifieke douanezaken daargelaten. Maar je hebt wel in ieder land een business nodig. De vraag is of wij heel veel geld willen ophalen om op die manier uit te rollen of dat we zeggen: ‘Dit werkt hartstikke goed, we kunnen veel meer impact hebben als we die software uitlicenseren’.”