Top Names: Gerard Dielessen (NOC*NSF) “Digitalisering is een kans die je moet willen pakken”

13 oktober 2011, 10:42

Gerard Dielessen houdt van sport en van digitalisering. Die twee zaken heeft hij altijd kunnen combineren in de functies die hij vervulde voor het NOS Journaal, Nova en Studio Sport. En vandaag de dag doet hij dat nog steeds, als directeur van NOC*NSF, de bundeling van de georganiseerde sport in Nederland. Volgens Dielessen is de invloed van digitalisering op sport nu al enorm en zal het de komende jaren alleen nog maar groeien. Over de gevolgen van digitalisering en hoe het in de sportwereld uitgebuit kan worden vertelt Dielessen aan mij en Roeland Stekelenburg in Top Names.

Individuele sport is leuker geworden

Het eerste gevolg van digitalisering is dat sporten gemakkelijker en leuker is geworden voor de huis- tuin- en keukensporter. Er is immers een breed scala aan manieren om je sportprestaties te meten en te evalueren. Dielessen vindt dat deze ontwikkelingen verder gaan dan enkel nice to know: “Wanneer je vooruitgang in je training wilt boeken, is het soms ook need to know, om te kijken hoe je in je training zit.”

Topsporters zijn bereikbaar

Daarnaast verandert de sportbeleving van de gemiddelde sporter. Doordat topsporters zelf kunnen publiceren via kanalen als Twitter en Facebook zijn zij heel bereikbaar geworden. Erben Wennemars heeft bijvoorbeeld lang online gedeeld over zijn schaatstrainingen. Je kunt er een sporter ook direct een vraag stellen, die ze vaak ook beantwoorden.

Natuurlijk brengen online publicatiemogelijkheden ook lastige kanten met zich mee, zoals de afleiding die het teweeg kan brengen, en twijfels over wat wel en wat niet online te publiceren. Wat betreft dat laatste laat Dielessen de verantwoordelijkheid graag bij de sporters zelf in plaats van het instellen van bijvoorbeeld een twitterverbod: “Zelfregulering is beter dan aan de voorkant een verbod inzetten. Het impliceert alleen extra eisen voor de begeleiding.”

Mensen vinden elkaar online

Ten derde zijn er nieuwe, digitale wegen geopend waarop mensen met een passie voor (dezelfde) sport elkaar vinden en waar talenten dikwijls nieuwe verbanden met elkaar aangaan. Dielessen noemt deze nieuwe verbanden ‘subculturen’. En die hebben vaak niets met georganiseerde sport te maken.

Naar een netwerksamenleving

Deze veranderingen monden voor sportverenigingen uit in een teruglopend aantal lidmaatschappen. Waar de leden zich eerst uit zichzelf bij een vereniging aansloten, gebeurt dit vandaag de dag in mindere mate. In de netwerksamenleving die we aan het worden zijn organiseren talenten zichzelf.

Al zijn er natuurlijk ook nog wel gewoon miljoenen mensen aan verenigingen en bonden verbonden. Volgens Dielessen betekenen de ontwikkelingen dan ook niet dat bonds- en verenigingsstructuren zullen verdwijnen: “Net zoals de krant blijft ook de KNVB wel overeind in het digitale tijdperk en zij zal ook competities blijven organiseren, maar hun rollen en functies moeten geherdefinieerd worden.”

Hoe?

Om te beginnen zullen sportverenigingen en -bonden mee moeten gaan in en zich aanpassen aan de dynamiek van de netwerksamenleving. Dat betekent dat ze talenten op andere manieren zullen moeten scouten en programma’s moeten bedenken om hen aan zich te binden. Meer denken in evenementen die de fysieke en virtuele wereld bij elkaar brengen. Dielessen: “De Atletiekunie zou digitale, spelgedreven initiatieven zoals Figurerunning en Zombies Run direct moeten omarmen. Dat zijn innovaties die voor het oprapen liggen. Pak het. Door digitale netwerkstructuren in te zetten kun je nieuwe mensen die geïnteresseerd zijn in deze specifieke soorten sport aan je binden.”

Daarnaast raadt Dielessen verenigingen aan om zich als kenniscentrum te ontwikkelen en ook mensen aan te spreken die niet sporten en niet lid willen worden van een vereniging. Geef in plaats daarvan geld uit aan het samenbrengen van kennis en kunde. Zo gaat het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de komende jaren meer aandacht besteden aan sport en bewegen in de buurt. Het geld dat hiervoor uitgetrokken is komt niet in de vorm van een instellingssubsidie maar zal uitgegeven worden aan personen die zichzelf verzamelen binnen sportclubs maar ook binnen scholen, wijkcentra en gezondheidscentra.

Binnen bonden blijft digitalisering voorlopig een moeizaam proces: “We moeten er veel over blijven spreken, blijven uitleggen en mediabeleid ontwikkelen. En binnen bonden moeten mensen komen die het wél snappen. Digitalisering is absoluut een kans, maar ook een ontwikkeling die je door moet maken, en vooral door moet willen maken.”

Erwin Blom (Wormer, 1961) is voormalig hoofd van de afdeling Digitaal van de VPRO en mede-oprichter van The Crowds, een bedrijf dat zich specialiseert in ’social media’ en 'Fast Moving Targets', een platform over innovatie op het gebied van media, technologie en communicatie.

Categorie
Tags

1 Reactie

    rwzdoorn

    Mooi artikel waarin de meerwaarde van Sport apps (of andere toepassing) gebruikt kan worden voor het stimuleren tot sporten en optimaliseren. “Binnen bonden moeten mensen komen die het wél snappen”, hiervoor kan het bedrijfsleven helpen om door een samenwerking producten op te zetten en mee te denken.


    18 oktober 2011 om 08:42

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!