De 8 regels om te zorgen dat jouw bezoekers wel op ‘like’ klikken

21 januari 2013, 08:29

Sociale media buttons zijn tegenwoordig niet meer weg te denken van een website. Een item is via social media natuurlijk snel gedeeld, dus waarom zouden we deze buttons niet gebruiken? Toch worden social media-buttons vaak verkeerd ingezet, waardoor succes achterblijft. In dit artikel een aantal eenvoudige tips om het succes van je social media-buttons te vergroten.

Update 21 januari 17:00 uur: n.a.v. de discussie in de comments is de titel van deze blogpost (oorspronkelijk “Hoe sociaal is jouw website?”) aangepast.

Waarom sociale-buttons toevoegen aan je corporate site?

Veel websites maken al gebruik van de delen- en volgen-opties. Toch laat de uitvoering vaak te wensen over. Iedere websiteverantwoordelijke heeft het druk en dus worden er snel een paar social media-buttons onder in de template van de website gezet. Waarschijnlijk wordt er verder niet naar omgekeken, laat staan dat er gemeten wordt. En dat terwijl we op hetzelfde moment veel tijd steken in een SEO/SEA-strategie. We willen immers allemaal goed vindbaar zijn. Social media-buttons en de mogelijkheid om content te delen zijn juist een belangrijk onderdeel van je SEO-strategie.

Het gebruik van social media op je website heeft namelijk voordelige gevolgen voor je positie in zoekmachines. Door het sharen van een link mogelijk te maken, werk je immers rechtstreeks aan je linkability. Hoe meer er naar je gelinkt wordt, des te beter word je gevonden.

Je moet je daarbij wel afvragen wat de onderliggende conversiestrategie is. Wil je je hoofddomein waardevoller maken in Google? Dan verwijs je alle share-opties naar je homepage. Zeker met de Facebook-share-opties kun je dit makkelijk manipuleren. Mensen denken dat ze een specifiek product liken, maar ondertussen draagt jouw like bij aan de hoofdpagina.

Je kunt er daarnaast voor kiezen om per product of dienst een share-optie aan te bieden die naar deze producten verwijst. De kans is dan groot dat je op hele specifieke onderwerpen wordt gevonden.

Voordat er sprake is van linkability moeten de buttons wel worden aangeklikt. Ook al lijkt het doodsimpel: een techneut zet een knop neer en klaar is kees. Toch is er een aantal zaken waar je rekening mee dient te houden – en die opvallend genoeg bij heel veel bedrijven verkeerd gaan.

1. De tekst

Let op de teksten die je meegeeft als iemand een share-button aanklikt. Je kunt de teksten natuurlijk zo overtuigend mogelijk maken als je wilt. Vaak doen we dat helaas niet. Hier een voorbeeld van de manier waarop je bij HEMA je stropdas ( of ieder ander product) via Twitter kunt sharen:

Is hier aan de gebruiker gedacht? Wil ik dit als gebruiker tegen mijn netwerk zeggen?

  • Gebruik in ieder geval een overtuigende tekst. Bijvoorbeeld: ik overweeg om deze stropdas aan te schaffen. Wel of niet doen?

  • Voor de url gebruik je natuurlijk een url-verkorter. Je valt je klant liever niet lastig met bovenstaande campagnecode. De URL zoals in bovenstaand voorbeeld zal vaak bij het plaatsen op Twitter door Twitter in haar t.co-url worden aangepast (tenzij minder dan 19 karakters), maar de gemiddelde klant zal dat niet beseffen. Waarom niet de optie www.hema.nl/blauwestropdas of iets dergelijks aangeboden? Of anders iets in de richting van he.ma/stropdas (een landenextensie als je eigen url-verkorter?).

WalMart heeft bovenstaande goed begrepen. Zij voorzien hun deelbare boodschappen van uitnodigende tektsten:

2. Vorm

Let op hoe je de buttons aanbiedt. Alleen een Twitter-logo zonder begeleidende tekst, wat zegt dat? Kan ik hier informatie delen of kan ik je volgen? Wat gebeurt er als ik op het logo klik? Dat kan soms verwarrend zijn. Zie hier het voorbeeld bij Interpolis. Zij bieden op een pagina dezelfde buttons aan, maar de ene button is een share-optie en de andere een ‘volg-button’.

Geef indien mogelijk ook aan of de link een nieuwe pagina opent. Zodoende komt de gebruiker niet voor verrassingen te staan. Plaats ook begeleidende tekst. Ik wil wel graag weten wat er gebeurt als ik op een button klik.

De Interpolis-pagina, onderdeel van een persbericht. Weliswaar worden er tooltips gebruikt, maar de vraag is of de gebruiker die altijd ziet.

3. De plaatsing

Overal maar lukraak social media-buttons aanbieden heeft geen zin. Bedenk eerst goed wanneer het logisch is dat mensen content gaan delen. Doen ze dat wel op de standaard-productpagina? Of zijn alleen het nieuws en de filmpjes spannend genoeg?

Zo is het handig je link naar je YouTube-account aan te bieden rondom je commercials. Bezoekers zullen zich, als ze enthousiast zijn over je commercial, zeker abonneren op de aankondiging van een nieuw filmpje. Centraal Beheer heeft dat goed begrepen met fun.centraalbeheer.nl:

Zij bezondigen zich echter wel meteen aan het volgende punt.

4. De juiste social media-accounts

Ik kan mijn sneak preview of andere commercial slechts delen via Hyves. Nu ben ik niet exact bekend met de doelgroep van Centraal Beheer, maar waarom is hier expliciet gekozen voor Hyves? Je zou toch verwachten dat Facebook en Twitter hier minstens aan waren toegevoegd?

Misschien zijn de resultaten van de Centraal Beheer Hyves-pagina verbluffend en dan heb ik niets gezegd. Komen we wel gelijk bij het volgende punt en dat is dat je moet meten en testen.

5. Meet je resultaten

Ga na wat de resultaten zijn na introductie van je social media-buttons. Je merkt snel genoeg welke onderwerpen het doorsturen waard zijn volgens je bezoekers.

6. Op welke pagina's?

Het gebruik van social media-buttons is een vorm van conversie. Bied de buttons dan ook niet aan in een omgeving waarin je primaire conversie centraal staat. Geen social media-button prominent in de bestelfunnel plaatsen als een klant een product aan het kopen is en geen social media-button prominent in beeld als een klant zich opgeeft voor een nieuwsbrief. Wil je dat klanten hun aankoop delen? Bied dan tijdens het oriëntatieproces de buttons aan (“Wat denken jullie, moet ik deze blauwe stropdas kopen?”) of na de verkoop (“Ik heb bij Bol.com de volgende artikelen aangeschaft.”)

7. Testen met plaatsing

Waar wordt er meer op de buttons geklikt? Standaard onder de tekst? Of toch bovenaan? De plaats van een button kan veel verschil uitmaken. Gebruik hiervoor A/B-testen en mouse-click heatmaps om het gedrag van je bezoekers te leren begrijpen.

8. Alles testen

Alle bovenstaande tips zijn te testen. En dat moet je ook zeker doen. Laat je klanten maar bepalen wat de meeste likes oplevert via je website.

Maurice Beerthuyzen
Conversion manager & strategist bij Nummer Negen consultancy

Oprichter en eigenaar van Nummer Negen consultancy. Ik optimaliseer (mobiele) websites en customer journeys bij mijn klanten. Ik verdeel mijn tijd tussen grote opdrachtgevers (zoals Efteling en eerder adidas) en het MKB. De issues zijn per klant anders, maar de uitdaging is bij iedere klant om de online prestaties te verbeteren maar vooral om meer te begrijpen en te leren van die bezoeker op de (mobiele) website. Ik heb het vak geleerd bij Interpolis en Rabobank, waar ik digitaal strateeg was en bij Online Dialogue, waarvan ik mede-eigenaar was.

Categorie
Tags

17 Reacties

    Jasper

    “Door het sharen van een link mogelijk te maken, werk je immers rechtstreeks aan je linkability. Hoe meer er naar je gelinkt wordt, des te beter word je gevonden.”

    Toch jammer dat Facebook & Twitter niet worden geïndexeerd door Google en deze sites dus geen invloed hebben op het aantal inkomende links.


    21 januari 2013 om 09:06
    Patrick Boonstra

    Je tips zijn op zich prima (hoewel jammer dat je slechts algemene, en geen concrete ervaringen geeft), maar ik werd behoorlijk op het verkeerde been gezet door je titel en verwachte een artikel over interactie, menselijkheid en gebruiksvriendelijkheid OP de site, terwijl je slechts schrijft over hoe je sharing/publishing naar buiten inzet voor SEO.

    Ook je subtitel ‘…om te zorgen dat je bezoekers op like klikken’ komt nergens terug.


    21 januari 2013 om 09:42
    Maurice Beerthuyzen

    @Jasper; dank voor je reactie. Misschien moet ik ook niet van de term linkability spreken in deze. Danny verwijst er al naar: zodra een link veel wordt verspreid – ook via Twitter en facebook- kent Google hier waarde aan toe.

    @Patrick; de onderwerpen die jij beschrijft komen volgende week terug in een ander artikel. Dan denkt bovenstaande titel beter de lading.


    21 januari 2013 om 10:40
    Victor

    @ Maurice, maar het artikel van volgende week is pas volgende week. Geef dit artikel op zijn minst een titel die de lading van dit artikel dekt.


    21 januari 2013 om 12:39
    Antoon

    Was ook door de titel op het verkeerde been gezet; zocht namelijk andere info. Toch vormen deze algemeenheden wel een interessante verzameling.

    Alleen de vraag is welke waarde ik aan de inhoud moet gaan toekennen wanneer een expert niet eens de titel en inhoud tot een logisch geheel kan combineren.


    21 januari 2013 om 14:37
    Maurice Beerthuyzen

    Victor en Antoon 🙂

    Ik zal zorgen dat de titel wordt aangepast. Ik wil natuurlijk te allen tijden verwarring bij mijn lezers voorkomen. Verzoek ligt al bij de redactie.


    21 januari 2013 om 14:59
    Maurice Beerthuyzen

    Leuk om te lezen Petra en je hebt wat betreft Marketingfacts helemaal gelijk. Zo zie je dat ook dit platform nog wat van zijn eigen blogs kan leren 🙂


    21 januari 2013 om 15:21
    bramkoster

    Ik heb de titel op verzoek van Maurice zojuist aangepast!


    21 januari 2013 om 15:58
    haraldheukers

    Handig artikel. Ik denk dat de invloed van Google+ social sharing op de Google ranking steeds groter gaat worden. De rol van deze social sharing buttons is dan ook belangrijk. Twitter wordt wèl geïndexeerd door Google.


    22 januari 2013 om 17:06
    Janneke Scheepers

    Goed artikel, heel herkenbaar :-). Bruikbare tips ook, waarvoor dank.


    24 januari 2013 om 07:07
    MARUG Marketing Conference 2013

    Op zoek naar nog meer tips and tricks op het gebied van social media?

    Bezoek de MARUG Marketing Conference 2013!

    Dit jaar staat de conference in het teken van “Destination Digital: Navigate your way to succes.” In welke mate maken bedrijven gebruik van digitale kanalen om hun consumenten te bereiken? Doen bedrijven dat op een effectieve manier? Wat zijn mogelijke valkuilen? En hoe ziet de digitale marketingwereld er over tien jaar uit?

    Op deze vragen zullen verschillende meningen vanuit verschillende invalshoeken los worden gelaten. Prof. Dr. P. Leeflang en Prof. Dr. P. Verhoef zullen hun onderzoek over digital marketing presenteren in samenwerking met Mckinsey. Verder worden de lezingen worden verzorgd door onder andere Wim andréa, Online Marketing Expert and Consultant, Michel Schaeffer, CMO van Bol.com en Paul Havinga, CEO van BCC. Harm Edens (presentator van “Dit was het nieuws”) zal de rol van dagvoorzitter verzorgen.

    Inschrijven kan op http://www.marugconference.nl!


    24 januari 2013 om 14:21
    Michiel Jansen

    nou het is veel getweet, gedeeld en gefacebookt dus You are practising what you preach……nice!


    25 januari 2013 om 08:58
    Paolo

    Ik probeer langs deze weg ook even mijn weblog Lieva And Paolo Powerpoints te promoten,ik vond het hier geweldig interessant,groetjes ,Paolo.


    26 januari 2013 om 21:38
    Sander Tamaëla

    @Danny: Heb je dat “onderzoek” van Branded3 wel gelezen? Het toont aan dat websites die goed ranken ook vaker gedeeld worden. Meer niet. Het is slimme linkbait, maar als je ranking signalen wilt onderzoeken moet je ook een onderzoeksmethodiek gebruiken die hier geschikt voor is en geen bestaande situatie analyseren om een conclusie te trekken op de cijfers die je dan ziet. Ze hebben waargenomen dat websites die goed ranken meer shares krijgen (correlatie), niet dat shares zorgen voor betere rankings (causatie). Dat had ik je zonder onderzoek ook kunnen vertellen: ze krijgen immer significant meer verkeer en hebben dus ook een veel grotere kans om gedeeld te worden. Als je dataset groot genoeg is kan je dit inderdaad aantonen.

    Aangezien iedere online marketeer en met name SEO graag wil dat er een causaal verband is tussen social en SEO (ze moeten wat te verkopen hebben he ;)) delen ze dit natuurlijk erg graag.


    29 januari 2013 om 11:17
    René kuiper

    Goed verhaal!

    Ik vraag me wel af wat op niet al te lange termijn een ‘like’ waard is.

    A. Omdat het erg laagdrempelig is. Dat maakt het nu nog erg sterk maar is op termijn net zo nietszeggend als een- “hey hoe is tie” “ja goed, en met jou” -gesprek;

    B. Omdat (zeker bedrijven) bedelen/smeken om likes. Een bedrijf met veel likes zegt dan meer over hoe goed hij om likes kan vragen dan over het bedrijf zelf;

    en C. Je kan (als ik het goed gelezen heb) het dus ook manipuleren, iemand denkt een bericht te liken maar liket in werkelijkheid de hoofdpagina.

    Bij Twitter is die drempel iets hoger vind ik. Hoewel sommige mensen alles RT-en waar wat te winnen valt, wordt er over het algemeen ge RT’t wat je echt wil dat je volgers moeten weten. VB: Pietje stuurt op FB en Twitter een foto van zijn kind. Dit levert hem met gemak 30 likes op maar geen enkele RT.

    Ik ben erg benieuwd wat de toekomst brengt voor social media nu bedrijven het massaal zijn gaan gebruiken.


    5 februari 2013 om 09:39

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!