Maarten Steinbuch (TU Eindhoven): “Binnen één generatie niet meer zelf mogen rijden is denkbaar”

10 oktober 2016, 09:00

Professor dr. ir. Maarten Steinbuch ontvangt op 24 november dit jaar de Simon Stevin Meesterprijs. Hij ontvangt de prijs voor de manier waarop hij bruggen slaat tussen wetenschap en praktijk met zijn technisch-wetenschappelijk onderzoek. De prijs bestaat onder meer uit een bedrag van 500.000 euro en is daarmee de grootste prijs voor technisch-wetenschappelijk onderzoek in Nederland. Werktuigbouwer Steinbuch wil met het geld een nieuwe robot voor de medische wereld laten ontwikkelen.

De vakgroep van Steinbuch houdt zich bezig met ‘dingen die bewegen’. “Ik vind het leuk als dingen bewegen. Dan moet je denken aan robots en auto’s. En we hebben ook een deel van de groep die aan kernfusie werkt. ”

Sprekend voorbeeld van het werk van de groep van Steinbuch: de autonoom voetballende robots. “Wij zijn wereldkampioen robocup met die voetballende robots. ‘Wereldmodelvorming’, daar zijn wij heel goed in. Die voetballende robots moeten heel snel kunnen snappen wat ze zien: wat de bal is, wat de tegenstander is, hoe ze bewegen. Bij autonoom rijden gebeurt dat ook.”

“Wij zijn in Nederland voorloper in connected mobility”

Steinbuch voorspelt grote veranderingen op het gebied van verkeer. Zo zullen steeds meer automerken elektrische modellen gaan aanbieden, waardoor de prijs zal dalen. “Alle autofabrikanten zijn inmiddels bezig met zowel elektrisch als autonoom rijden, dus de komende 5 jaar gaat er veel veranderen.” Daarvoor moet de techniek nog wel verder ontwikkeld worden. “Wat heel belangrijk is, is dat wanneer een autonome auto op de weg rijdt en hij met zijn camera en radar rechts een lantarenpaal ziet met daarachter een dunne student, dat die auto moet snappen dat de lantarenpaal een paal is die niet de weg kan oversteken, maar die hele dunne student die er achter staat wel kan gaan lopen.”

“Dus die auto moet eigenlijk zo slim zijn dat ie denkt: hé, er staat daar iemand die zou kunnen gaan oversteken. Kan ik uit zijn houding inschatten dat ie gaat oversteken, dan moet ik vaart minderen. Als er geen hele dunne student staat, maar alleen een lantarenpaal, moet die auto snappen: dat is een lantarenpaal die kan niet bewegen, ik kan gewoon mijn snelheid houden. Dat noemen wij wereldmodelvorming: world modeling. Daar zijn wij best vooraanstaand in.”

De vakgroep werkt ook samen met TNO op de automotive campus in Helmond. “Als je twee of drie vrachtwagens achter elkaar op de snelweg kunt laten rijden die heel vlak achter elkaar aangeplakt zitten als een treintje, heb je daar sensoren voor nodig. Dan hoeft eigenlijk alleen de eerste chauffeur wakker te zijn en kunnen nummer 2 en 3 kunnen lekker slapen. Na 8 uur gaat nummer 2 als eerste rijden, dus dan kunnen ze doorrijden. Dat is één voordeel.”

“Het tweede is dat de luchtweerstand zoveel lager is bij vrachtwagen 2 en 3 dat je gewoon echt heel veel diesel kunt gaan besparen, dat is voor het milieu ook heel goed. Wij zijn in Nederland voorloper in connected mobility, in het aan elkaar verbinden van auto’s.”

Alle ontwikkelingen bij elkaar opgeteld zullen er voor zorgen dat de wereld van vervoer de komende tientallen jaren drastisch gaat veranderen. “Stel je eens een wereld voor waarin technologie zo ver vooruit is gegaan dat een auto zo goed werkt als technisch systeem dat het verboden wordt dat mensen nog rijden. Het zou mij niks verbazen als dat sneller is dan 30 jaar, dat is één generatie. Dus als onze kinderen hier zitten te praten, zouden ze in een tijd kunnen leven dat hun kinderen geen rijbewijs meer mogen of kunnen halen en dat zij zelf niet meer gewoon mogen rijden. Ik sluit dat niet uit.”

“10 keer zo nauwkeurig opereren als een oogchirurg dat met de hand kan”

Naast het werk gericht op de automotive wereld ontwikkelt de vakgroep van Steinbuch ook medische robots. Zo werd een pen ontwikkeld waarmee oogchirurgen veel nauwkeuriger kunnen werken. De trillingen van de hand worden weggefilterd en het is mogelijk de beweging te verkleinen. “Dus wij kunnen 10 keer zo nauwkeurig opereren als een oogchirurg dat met de hand kan.”

“We zijn 10 jaar geleden met dat onderzoek begonnen, 6 jaar geleden hebben we onze startup gedefinieerd, daar werken nu 6 mensen.” Het neerzetten van een startup die de ontwikkeling gaat exploiteren, is een belangrijk onderdeel van het proces. Naast Preceyes zette de vakgroep Microsure in de markt. Wederom een robotsysteem dat helpt bij het aan elkaar zetten van bloedvaten.

Hoewel de ontwikkelingen in medische wereld minstens even spectaculair zijn te noemen als op het gebied van vervoer, is het vinden van financieringen en daadwerkelijke toepassingen lastig. “Het zijn hele lange processen, want je moet door allerlei keuringsinstanties. Dus het feit dat we die chirurgierobot nu voor het eerst op een mens hebben gebruikt, wil niet zeggen dat die ook snel te koop is. Daar gaat zeker een jaar of 3 overheen.”

“We zitten nu nog echt in de opstartfase. Die robots die zijn natuurlijk niet goedkoop en wat je moet zien uit te vogelen is of ze ook hun geld waard zijn. Dat de behandelingen korter kunnen worden, dat artsen langer kunnen doorwerken. De artsen waarmee we samenwerken in Maastricht zeggen: als ik 50 ben, moet ik stoppen met werken. En als wij door onze robot zo iemand kunnen laten werken tot 60, 65 of 67 jaar, is dat ongelooflijk veel geld waard. Dus we proberen met de robots zoals wij ze maken juist die kosten van de zorgsector beperkt te houden.”

Leonieke Daalder is politicoloog en journalist. Ze werkte voor onder meer Radio Noord Holland en de VPRO. Bij de laatste omroep was ze verantwoordelijk voor crossmediaal project 3VOOR12 dat onder haar leiding onder meer de Prix Europa, Gouden Pixel, Pop Pers Prijs en UPC Digital Award won. Ze is een van de oprichters van Fast Moving Targets. Ze schrijft, interviewt, onderzoekt, filmt, presenteert. leonieke.daalder@gmail.com

Categorie
Tags

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!