Nationaal E-mail Onderzoek 2017: E-mail meest efficiënte en betrouwbare kanaal voor aankopen

Vandaag verschijnt de vijfde editie van het Nationaal E-mail Onderzoek 2017. Ik heb alvast een aantal van de uitkomsten van het onderzoek op een rijtje gezet voor je. Daarnaast zijn speciaal voor deze lustrumeditie zes respondenten geïnterviewd over de uitkomsten van het onderzoek. Zij geven een mooi en bijzonder tijdsbeeld van de Nederlandse omgang met e-mail en social media anno 2017. Hieronder lees je enkele belangrijke uitkomsten van het onderzoek inclusief de ongezouten mening van zes landgenoten.

E-mail is en blijft een belangrijk communicatiekanaal en net als vorig jaar wordt het vooral gebruikt voor persoonlijke communicatie (95 procent). Ook worden e-mailadressen vooral gebruikt voor bevestigingen van aankopen in webwinkels (83 procent) en nieuwsbrieven en voor reclame (75 procent).

Gemiddeld ontvangen de respondenten 86 e-mails per week. Het zijn vooral de gebruikers van 35 jaar en ouder die (ruim) meer dan het gemiddelde aantal e-mails per week ontvangen. De jongste categorie (14 tot 17 jaar) ontvangen de minste e-mails per week: slechts 44.

Deze e-mails worden het meest geopend op smartphones, ondanks dat de respondenten van 55 jaar en ouder hun e-mails het liefst openen op een desktop of laptop.

“Reclame ontvangen via WhatsApp of Facebook is bloedirritant. Daar moeten organisaties echt onmiddellijk mee ophouden. Reclame aub alleen via e-mail.” – Ceriana Callenbach (25)

 

Koopgedrag

De helft van de Nederlanders (48%) gaat direct naar een webshop voor online aankopen, 30% googelt en 9% laat zich graag verleiden door een e-mail met een interessante aanbieding. Ook op deze vraag scoort social media laag. De Nederlander wil zijn social mediakanalen graag vrijhouden van commerciële activiteiten.

Dat Nederlanders hun social media niet willen gebruiken voor e-commerce, wordt ook bevestigd door de vraag via welk kanaal en hoe vaak wij naar aanleiding van een commercieel bericht iets aanschaffen. Ook bij deze vraag bestaat de grootste voorkeur voor e-mail. Alleen Facebook weet de Nederlander zo nu en dan te verleiden tot een online aankoop. Dat geldt voor gemiddeld 14% van de Nederlanders die eenmalig iets hebben aangeschaft via Facebook en voor 16% die zich vaker door een commercieel bericht op Facebook laat verleiden. Toch blijft e-mail met percentages als 58% vaker dan één keer iets aangeschaft de grote koploper.

Tot slot nog privacy. Als we het hebben over het vertrouwen in online communicatiekanalen scoort e-mail met gemiddeld 58% goed. Facebook scoort gemiddeld slechts 1% en Twitter scoort nog lager.

De interviews

Aan het Nationaal E-mail Onderzoek 2017 hebben 2.029 respondenten deelgenomen. Uit deze steekproef zijn willekeurig zes respondenten gekozen die mochten reageren op online koopgedrag, de populariteit van e-mail en social media, de momenten waarop e-mails gelezen worden en de redenen waarom ze zich wel of niet inschrijven op mailings. De namen: Ruud Kok (24), Hans Verheijen (68), Eric in ’t Groen (53), Elly Slootbeek (59), Hilde Koens (39) en Ceriana Callenbach (25).

Over de redenen waarom Nederlanders zich uitschrijven voor de ontvangst van mailings, zegt het onderzoek het volgende:

Zo blijkt dat voor 18-24-jarigen ‘de frequentie is te hoog’ een belangrijke reden (73 procent) is om zich uit te schrijven voor e-mailnieuwsbrieven. Voor 65-plussers scoort deze reden slechts 58 procent.

Ruud Kok (24) zegt hierover:

“Organisaties moeten niet te veel mailen. Vakantieveilingen.nl – bijvoorbeeld – mailt eens per maand en dat is meer dan genoeg. Ik zou me niet uitschrijven als ze vaker mailen, maar dan lees ik de e-mailnieuwsbrieven minder goed en zal ik ze sneller uit mijn inbox verwijderen.”

 

Hans Verheijen (68) heeft inderdaad een andere mening:

“Ik verzamel alles over de wielersport, dus e-mails over verzamelbeurzen, wielernieuwtjes en info van verzamelaars vind ik boeiend. Ik ben op veel verschillende e-mailnieuwsbrieven geabonneerd en ik ontvang ze nu vaak eens per maand. Maar dat mag ook wel elke dag zijn. Zolang ’t maar over de wielersport gaat.”

 

Hans is duidelijk een fan van e-mail. Of deze voorliefde voor e-mail te maken heeft met de leeftijd van de respondenten, wordt ook onderzocht in Het Nationaal E-mail Onderzoek 2017. Eén van de leukste vragen uit het onderzoek – om grip te krijgen op de populariteit van e-mail – is: ‘wat is het eerste digitale communicatiekanaal dat je gebruikt nadat je bent opgestaan?’ De belangrijkste drie antwoorden:

“Ik koop graag online bij H&M. Natuurlijk mag dit bedrijf reclame maken voor zijn goederen. Via e-mail vind ik het prima om van H&M aanbiedingen te ontvangen. Maar op Facebook wil ik ze niet tegenkomen.” – Hilde Koens (39)

 

Leeftijd blijkt inderdaad een rol te spelen. Voor 55-64-jarigen en voor 65-plussers is e-mail ’s ochtends het eerste geraadpleegde online communicatiekanaal. En Nederlanders van 45-54-jaar zijn in dubio: WhatsApp en e-mail delen de eerste plek met een voorkeur van 34 procent.

Eric in ’t Groen (53) reageert hierop:

“Voor mij klopt dit beeld uit het onderzoek zeker. Ik heb WhatsApp niet alleen op mijn telefoon, maar ook op mijn pc. Zowel mijn e-mails als mijn WhatsApp-berichten lees ik via zo’n ouderwetse desktopcomputer. Als ik ’s ochtends de computer aanzet, dan start ik beide op en dan zie ik wel wat ik als eerste raadpleeg. Dat kan dus zowel e-mail als WhatsApp zijn.”

 

En er zijn zelfs Nederlanders die geen smartphone bezitten. Elly Slootbeek (59):

“Ik kijk alleen maar naar e-mail. Ook ’s ochtends. Ik heb helemaal geen WhatsApp. Niet op mijn laptop en ook niet op mijn telefoon. Ik gebruik een eenvoudig toestelletje waarmee je alleen kunt bellen en sms’en. Voor mij is dat voldoende.”

 

Het is niet verwonderlijk dat oudere Nederlanders minder met WhatsApp, Snapchat, Instagram et cetera. doen dan, zeg, Nederlanders van 25 jaar. Toch zijn alle Nederlanders het over één punt roerend eens: er zijn bar weinig Nederlanders die het liefst via social media reclame ontvangen.

Twitter, Snapchat en LinkedIn zijn uiteraard ook onderzocht en die platforms noteren een voorkeur voor de ontvangst van reclame van 0 procent. Reclame via social is een no-go. Toch zegt meer dan 60 procent van de Nederlanders in de leeftijd van 25 tot 45 dat zij maandelijks online aankopen doen. Waarom willen zij hiervoor geen reclame ontvangen via social media? Waarom is e-mail hiervoor het aangewezen kanaal?

Ceriana Callenbach (25):

“Reclame ontvangen via WhatsApp of Facebook is bloedirritant. Daar moeten organisaties echt onmiddellijk mee ophouden. Ik open WhatsApp om mijn berichten te lezen, niet om reclame te bekijken. De ellende met social is dat de reclame direct in je gezicht gesmeten wordt. Bij e-mail heb ik nog de keuze of ik ’t wil openen. Daarom ontvang ik het liefst via e-mail reclame. Organisaties die reclame versturen, moeten echt afblijven van mijn smartphone.”

 

Hilde Koens (39) kan zich wel vinden in de uitspraken van Ceriana: “Op social media komen allerlei reclameboodschappen voorbij waar ik echt niet om heb gevraagd. Ook ik wil de keuze hebben of ik een reclameboodschap wel of niet wil zien. Met e-mail heb je die keuze gelukkig wel.”

Benieuwd naar het Nationaal E-mail Onderzoek 2017?

Het Nationaal E-mail Onderzoek 2017 presenteert in totaal 26 conclusies over ons e-mailgedrag en onze omgang met social media. Ben je benieuwd naar alle conclusies, download dan het Nationaal E-mail Onderzoek 2017.

Het onderzoek is een publicatie van Spotler en CG Selecties.