Nee! Niet weer de manager in beeld!

26 februari 2016, 06:00

De meeste bedrijven waarmee ik in aanraking kom, hebben prachtige missies en doelstellingen, zijn actief in spannende markten en komen, zeker in Nederland, met indrukwekkende innovaties die ongelooflijk inspirerend zijn. En toch… Zodra men met die verhalen naar buiten treedt met video, wordt de kijker meestal getrakteerd op – gaap – de manager. Je weet wel, die persoon die het flauwekul-gebeuren binnen de uitgezette bakens optimaliseert zodat de klanttevredenheid jaarlijks met maar liefst 0,02 procent kan stijgen. In dit artikel een ferm betoog om naast de managers vooral de medewerkers en omgeving van het bedrijf voor de camera te slepen, een documentaire-aanpak dus, én tips voor een andere bedrijfsfilm. Daar wordt het in ons innovatieve Nederland echt tijd voor!

Waarom managers het vaak slecht doen voor de lens

Veel managers zijn hoogopgeleid en hebben hun positie binnen de club te danken aan hun hersens, verbale capaciteiten en hun vermogen de politiek van de organisatie en de markt te doorgronden. Dit maakt ze buitengewoon ongeschikt voor authenticiteit voor de camera: een echte manager zal namelijk buitengewoon gedetailleerd en precies in zijn antwoorden willen zijn. En het meer politieke dier zal proberen zichzelf in zo vaag mogelijke bewoordingen uit te drukken of precies die woorden te gebruiken waarvan hij weet dat z’n baas ze ook prachtig vindt.

De manager is, kortom, beheerst als de camera aangaat en praat minder van uit gevoel. De kijker heeft dat door en haakt af, het wordt inhoudelijk te rationeel en emotioneel onecht. Bovendien voelt de kijker dat hij overtuigd moet worden en schiet daardoor in de “dat-zullen-we-nog-wel-eens-zien”-modus. Hoe leuk je als directeur van een webwinkel dus ook bent, de kijker voelt haarfijn aan dat je aan het slijmen bent. En vindt dat leuk. Of juist niet…

Mensen hebben een fijngevoelige bullshit-detector

Mensen proberen zich te oriënteren als ze naar je film kijken. Met allerlei bewuste en onbewuste filters bekijken ze waarvan je hen wilt overtuigen en of ze je geloven. Daarbij weten ze donders goed wat de rol van de persoon is die in je film komt, omdat ze zelf in soortgelijke organisaties werken. Ze weten dus allang dat er belangen spelen, dat mensen dingen mooier willen maken dan ze zijn. En dus gaat de bullshitdetector al aan voordat ze je film bekijken.

Zie het zo: een manager wordt geacht zijn of haar werk leuk te vinden. Het behalen van doelstellingen is een passie, het optimaal bedienen van de klant een lust en een leven. Alleen werkt het echte leven zo niet. De lagere echelons op de werkvloer weten dat. In het callcenter faalt de échte customerservicestrategie en huilen de volgescholden medewerkers bij het koffieapparaat. Het bloed van de buitendienstmedewerkers ligt op de stoep als het product niet deugt. En positief gesteld: de servicemonteurs die voor het eerst het klantcontact registreren met de tablet, weten of deze vernieuwing hen of de klant helpt of niet.

Hoe je wél op een knappe manier een manager en medewerkers in beeld brengt, laat Coolblue zien met deze introductie van hun eigen thuisbezorging.

Mensen geloven vooral zichzelf

Een hele goede manier om de bullshitdetector van de kijker uit te schakelen, is dus door als filmer niet te werken met managers, maar met echte mensen die ze geloven: henzelf. In de rol van klant dus. Als huurder of als burger. Of als enthousiaste medewerkers die de waarheid vertellen: hun echte motivatie om elke dag weer met plezier naar het werk te gaan en dingen te veranderen!

De truc is dan wel dat de mensen die je filmt naar hun echte mening wordt gevraagd. Die ze zonder repercussies mogen delen. Als een antwoord te onhandig is, laat je hem gewoon uit de film. “M’n baas is een lul” laat je er uit, maar “soms zijn we een beetje teveel op onszelf gericht” mag er in. Nuance is sowieso mooi, omdat het laat zien dat iemand al over de dingen heeft nagedacht. En dan geloven we die persoon ook als autoriteit.

Onderwerp gevoelig? Iedereen filmen

Als het onderwerp van je film echt gevoelig is, moet je iedereen filmen. Want meerdere invalshoeken, meerdere visies en meerdere belangen, zowel intern als extern, maken je geloofwaardigheid alleen maar groter. Bij een grote reorganisatie maakt je klant zich zorgen dat hij een nummer wordt en is je medewerker bang dat hij eruit wordt gegooid. Waarom zou dat niet benoemd mogen worden? Jij gaat tenslotte in je film ook uitleggen wat je eraan gaat doen. Toch?

“Maar je wilt toch niet de vuile was buitenhangen?” Ik vind dat onzeker gedoe. Door van tevoren goed na te denken, weet je prima welke vragen je wel en niet aan mensen wilt stellen, omdat je het antwoord stiekem eigenlijk ook al weet. Bovendien blijf je ook in de edit van je film natuurlijk selectief in het materiaal dat je wel en niet gebruikt. De harde schijf vol met interviews na het filmen, is, als mensen vanuit hun hart gesproken hebben, namelijk een pure goudmijn, waaruit je echte meningen en emoties haalt die de kijker overtuigen.

En ok, daar mag dus best een manager tussen zitten. Want echt, je hebt managers met passie voor hun werk. Maar het zal dan wel iemand moeten zijn met een gezonde dosis zelfvertrouwen, met een aan het bizarre grenzende passie voor zijn organisatie of product of juist een enorme naïeve onbezorgdheid. En probeer die types maar eens te vinden!

Als je wil laten zien waarom je bestaat, kun je alle betrokken personen filmen: de oprichters, de mensen voor wie je het doet (Disclaimer: eigen werk)

Alternatieven

Hieronder een aantal alternatieven voor een verhaal met je manager die wél geloofwaardig zijn.

  • Gaat het goed met je bedrijf? Interview niet de directeur, maar de medewerkers van het distributiecentrum die de laatste tijd mogen overwerken. Overtuigender bewijs is er niet!
  • Presteert de afdeling customer service beter? Laat je medewerker vertellen dat de gesprekken weer prettiger zijn de laatste tijd en dat ze eerder naar huis kunnen.
  • Heeft je logistiek bedrijf een fijne hands-on mentaliteit? Film de pakketchauffeur een dag lang terwijl hij zich te pletter sjouwt om de pakketten boven te krijgen bij Mien die 3-hoog achter woont. (En vergeet de blije klant niet!)
  • Is er in je cultuur ruimte voor een lolletje? Interview de koffiejuffrouw: “Ja, dat zei m’n man ook vannacht”.
  • Is er aandacht voor persoonlijke ontwikkeling bij HR? Film de medewerker die in zijn vrije tijd hockeycoach is of oude Puchjes opknapt.
  • En heb je een te gek nieuw product? Laat de verschillende mensen die het ontwikkeld hebben elk vanuit hun rol vertellen wat hun bijdrage is. Was er een aha-moment? Begin daar met vertellen!

Kortom: maak er wat echts en boeiends van. Succes!

Chris Hanselaar
(visuele) communicatiemiddelen en -strategie bij verandering bij Story Studio

Chris Hanselaar is account director en strateeg bij creative agency Story Studio in Amsterdam. Hier houdt hij zich bezig met het ontwikkelen van (visuele) communicatiemiddelen en -strategie voor vaak complexe organisaties met maatschappelijke impact. Middelen die hij inzet zijn ontwerp-denken (Design Thinking) en grafisch ontwerp, informatie ontwerp (infographics en animaties) en (online) corporate video. Zijn belangstelling gaat met name uit naar de beleving van "echtheid" in een digitale wereld.

Categorie

1 Reactie

    Inge

    Wat een smeuïg stuk, ik rol van mijn stoel va het lachen!!!! Dank dank!


    25 juli 2021 om 09:42

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!