Social media & ethiek

26 maart 2015, 12:30

De afgelopen jaren ben ik me steeds bewuster geworden van het feit dat steeds meer online ‘sociale’ plekken (social media) vrij asociaal werden. Er wordt geklaagd, geoordeeld, beledigd en gescholden. Er zijn zelfs een paar sites waar dit gedrag onderdeel is geworden van de communitycultuur. De eerste jaren deed ik dit af als ‘de pubertijd van social media’. Het medium moet zich vast nog ontwikkelen. Ik voerde het afgelopen jaar gesprekken met mensen van Facebook, LinkedIn en Twitter. Zij gaven allemaal hetzelfde terug: zij leveren enkel de tools/het platform. Hoe mensen zich daar gedragen is voor hun eigen rekening. Ze vinden dat ze voldoende tools bieden voor zelfregulering, waardoor aanstootgevende content kan worden ‘geflagged’ en vervolgens verwijderd. Verder willen ze nog niet gaan of verder hebben ze nog niet gedacht.

Asociale media

Feit blijft: al die negativiteit is niet zonder gevolgen. Ik ben ervan overtuigd dat deze negatieve trilling zorgt voor een negatief ‘ripple effect‘ in de maatschappij. En deze gemoedstoestand zorgt weer voor negatieve gebeurtenissen en situaties.

Ik ben ervan overtuigd dat als iemand invloed heeft, dat die persoon dan ook een verantwoordelijkheid heeft. Ik wil graag de wereld een beetje beter maken en ik wil daar graag mijn talenten, kennis en ervaring voor inzetten.

Dilemma

Het dilemma hier is uiteraard: waar ligt de grens? Wat is ethisch verantwoord? Waar leggen wij als twittergebruikers, als websitebezoekers, als mensen, als maatschappij de grens? Is een ander belachelijk maken of uitschelden ook aanstootgevend? Vinden wij dit vrijheid van meningsuiting of ongewenst en ongepast gedrag?

Anders geformuleerd: vinden wij het wenselijk/acceptabel dat we zo met elkaar omgaan op het internet? Als we een vreemde op straat tegenkomen, zouden we dan op dezelfde manier ageren of reageren? Zo adviseerde een Britse parlementaire onderzoekscommissie op afgelopen 9 februari dat Britse internetgebruikers die racistische denkbeelden verspreiden, de toegang tot social media moet worden ontzegd. Wat vind jij?

Invloed = verantwoordelijkheid

Het lijkt erop dat de mate van anonimiteit op het internet ervoor zorgt dat men zich voldoende veilig voelt om zich zo te misdragen. Daarnaast heeft zich een online cultuur ontwikkeld waarin het ‘cool’ en ‘grappig’ is om elkaar online te lijf te gaan. Wie is hiervoor verantwoordelijk? Wie kan aan knoppen draaien waardoor we deze negativiteit kunnen indammen? Wie heeft invloed en is daarmee ook verantwoordelijk?

Uiteraard is iedereen primair verantwoordelijk voor zijn/haar eigen gedrag en kunnen we het beste bij onszelf beginnen. Bewustwording en erkenning van eigen gedrag is daarin de eerste stap. Om deze bewustwording echter op gang te brengen is er volgens mij meer nodig. Wat mij betreft kunnen socialmediaplatforms, uitgevers, influencers en de overheid de eerste stap zetten door te investeren in campagnes, tools en regulering om zo online anonimiteit terug te dringen en positief gedrag te stimuleren.

Zo kunnen volgens mij de volgende spelers een belangrijke, invloedrijke rol spelen:

  • De gastheer/facilitator van het social platform/tools (Facebook, Twitter, LinkedIn)
  • Uitgevers van nieuws-, lifestyle- en entertainmentcontent die social tools op hun platform gebruiken
  • Influencers als politici, opiniemakers, celebrities
  • De overheid (regulering, ontwikkeling tools en communicatie)

De gastheer die het platform of de tools aanbiedt

Socialmediaplatforms als Facebook, Twitter en LinkedIn kunnen een aantal zaken doen om negatief gedrag terug te dringen. Denk aan het voeren van awarenesscampagnes die constructief gebruik van het platform stimuleren en wijzen op de gevolgen van destructief/negatief gebruik.

Denk aan het aanbieden van functionaliteiten die positief gedrag stimuleren en het afschaffen van functionaliteiten die negatief gedrag bevorderen. Bijvoorbeeld wel een likeknop en geen dislikeknop. Of een ratingfunctionaliteit voor positieve titels/awards als ‘beste antwoorder/expert’, ‘vriendelijkste Facebook-vriend’. Een sentimentfunctionaliteit waarmee in kaart wordt gebracht hoe positief of negatief een persoon op het platform acteert. Deze sentimentscore zou onderdeel van het profiel kunnen worden in de vorm van een lachende of boze smiley.

De socialmediaplatforms kunnen ook de gebruikers regelmatig oproepen tot zelfregulering op negatief gedrag in de timelines. Het wordt simpelweg onderdeel van socialmedia-etiquette.

Ik zie ook grote kansen voor het minimaliseren van anonimiteit op deze platforms. Dit is mogelijk door de echtheid van gebruikersprofielen te valideren. Denk aan koppelingen met officiële instanties als de overheid (DigiD). Met name op Twitter bestaan veel nepprofielen en flink geanonimiseerde profielen. Op Facebook is dit minder aan de orde en op LinkedIn is dit nog zeer beperkt.

Uitgevers van nieuws-, lifestyle- en entertainmentcontent

Deze uitgevers maken gebruik van socialtools zoals forums, chats en reactiemogelijkheden onder de content. Ook de uitgevers kunnen anonimiteit minimaliseren door gebruikers op de socialtools te laten inloggen met hun LinkedIn- of Facebook-profiel. Een stap verder is om enkel geverifieerde profielen toe te staan. Profielen die gekoppeld zijn met een officieel online profiel zoals DigiD.

Een eigen socialtool ontwikkelen biedt meer mogelijkheden voor het doorvoeren van koppelingen met bijvoorbeeld DigiD. Daarnaast kunnen de tools worden ingericht om positief gedrag te stimuleren zoals hierboven reeds beschreven. Een likeknop, ratingfunctionaliteit voor awards en een sentimentmeter/zuurheidmeter op basis van gebruikersgedrag

De uitgevers kunnen bijvoorbeeld vanuit het Nederlands Uitgeversverbond (NUV) awarenesscampagnes voeren ter stimulering van constructief gebruik van socialtools. Door hiernaast regels/algemene voorwaarden voor het gebruik van de socialtools aan te scherpen, kan de grens worden verlegd van aanstootgevend gedrag naar andere vormen van negatief gedrag. Waar deze grens precies moet komen te liggen, dient in overleg te worden bepaald.

Handhaving van deze regels is mogelijk middels monitoring van de posts door de uitgever. Hierop is tijdelijke uitsluiting van gebruikers een mogelijkheid.

Influencers

Er zijn veel influencers die een belangrijke rol kunnen spelen in de cultuurshift binnen social media. Ze kunnen persoonlijke verhalen delen over negatief socialmediagedrag in hun leven. Ze kunnen ook op veel creatieve manieren positief gedrag als voorbeeld laten zien.

Denk aan influencers als opinimakers (journalisten, columnisten, bloggers), schrijvers, celebrities (acteurs, muzikanten, sporters, cabaretiers), politici, religieuze en spirituele leiders.

Overheid

De Rijksoverheid heeft de mogelijkheid om wetten te maken, awarenesscampagnes te creëren en te bouwen aan landelijke tools.

Zo kunnen ze wetten maken die reguleren in welke mate men online anoniem kan acteren. Anonimiteit op straat verschilt wezenlijk van anonimiteit online. Online gedragen we ons doorgaans beter wanneer er meer over ons bekend is. Op straat gedragen we ons doorgaans beter, omdat we fysiek aanwezig zijn. Hier speelt bekendheid van persoonlijke gegevens in eerste instantie een minder grote rol. Het is ook mogelijk om mensen die zich extreem negatief gedragen uit te sluiten van deelname op social media. Zowel binnen Facebook, Twitter en LinkedIn als binnen de social tools van uitgevers.

De overheid zou in het verlengde van de SIRE-campagne ‘De maatschappij, dat ben jij’ ook negatief socialmediagedrag aan de kaak te stellen.

De overheid kan ook de stap zetten om zelf een socialtool te ontwikkelen die anonimiteit terugdringt en positief gedrag stimuleert. Deze socialtool faciliteert inloggen met een Facebook-, Twitter-, LinkedIn- of Google+-profiel en zorgt voor validatie met DigiD voor de-anonimisering (ja, dat woord bestaat echt).

Wat vind jij?!

Als deze spelers aan de knoppen beginnen te draaien waar zij invloed op hebben, realiseren we een minder anoniem en positiever internet!

Ik ben benieuwd hoe jij hier tegenaan kijkt. Heb je ideeën om dit nog krachtiger in beweging te zetten? Heb jij het gevoel dat je ook invloed kunt uitoefenen binnen dit krachtenveld? Neem dan ook je verantwoordelijkheid en reageer!

Menno Braakman
Digital Director bij JustBuzzit

Allround Digital Strateeg, creëert synergie tussen paid, owned & owned media om de bedrijfsdoelstellingen en campagnedoelstellingen te realiseren. Streeft naar waardecreatie in de nu ontwikkelende betekeniseconomie en een constructief benutten van de digitale snelweg..

Categorie
Tags

4 Reacties

    Rienk Kan

    Lastig verhaal.

    Een overheidscampagne kan zeker helpen, neem een voorbeeld aan de blauwe kaart in het voetbal. Het moet niet zo ver gaan dat je beloond wordt voor goed gedrag op social media, maar een afstraffing van foutief gedrag lijkt mij een goede stap. Maar hoe…?


    26 maart 2015 om 12:41
    Martijn Verhagen

    Ik geloof niet in straffen of belonen. De positiviteit op sociale media zouden uit intrinsieke motivatie moeten komen. Ik denk dat veel mensen niet bewust zijn van hun negativiteit, dus awareness mag inderdaad flink groeien.


    27 oktober 2016 om 18:18
    Louki Langeveld

    Beste Menno,

    mijn praktische opdracht gaat over dit onderwerp. Ik vroeg mij af hoe u hier over denkt:

    Kan internet pesten gezien worden als vrijheid van meningsuiting of ongewenst gedrag?

    Ik zou graag uw visie hierop willen weten als u daar akkoord mee gaat.

    Groet,

    Louki


    25 januari 2017 om 19:12
    Warre Van Daele

    Dag meneer

    Voor een opdracht op school moet ik mij verdiepen in sociale media en ethiek.

    Zou u mij wat meer kunnen vertellen over een ethisch dilemma toegepast op dit onderwerp?

    Mvg


    5 november 2019 om 10:39

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!