Het Nutri-Score label gaat leiden tot ongezonde keuzes

12 januari 2022, 10:00

Dat de score een vergelijking BINNEN een categorie aangeeft, is lastig te begrijpen voor de consument

Albert Heijn is begonnen om bij 6.000 eigen merkproducten het Nutri-Score logo te tonen. Ook PLUS heeft de Nutri-Score op gemaksmaaltijden geïntroduceerd. Dit onafhankelijke voedselkeuzelogo is ontwikkeld door Franse wetenschappers en inmiddels ingevoerd in een aantal omringende landen. Ook de Nederlandse overheid heeft in 2019 voor Nutri-Score gekozen. De verwachting is dat het voedselkeuzelogo in de eerste helft van 2022, na definitieve goedkeuring van het ministerie van VWS, officieel landelijk ingevoerd word. Dat lijkt goed nieuws. Echter, de Nutri-Score heeft maar een zeer beperkte waarde in het beïnvloeden van de (gezonde) keuze van de consument. Hoe komt dat?

Nutri-Score geeft slechts een vergelijking binnen een productcategorie

Een A betekent dat het product gezonder is dan andere producten in de categorie. Het zegt niet veel over of een product in absolute zin gezond of ongezond is. Een pizza kan een score B hebben als deze gezonder is dan andere pizza’s. Een maaltijdsalade kan ook een B scoren, als die bijvoorbeeld meer suiker en minder vezels bevat dan andere maaltijdsalades. Maar die maaltijdsalade met score B kan dus alsnog veel gezonder zijn dan de pizza met B. Maar de consument kan de conclusie trekken dat hij net zo goed die pizza kan eten en daarmee gezond bezig zijn.

De voorstanders van het logo geven als argument dat het niet logisch zou zijn om cola light (B label) te vergelijken met olijfolie (C label) omdat je geen cola over je salade gooit. Dat klopt. Maar veel voedingsmiddelen zijn juist wel inwisselbaar en juist als consumenten andere productcategorieën kopen, kan de grootste gezondheidswinst behaald worden. Je kunt in plaats van die cola light (B label) een smoothie (E label bij Albert Heijn) drinken. Juist zaken als gemaksmaaltijden zou je moeten kunnen vergelijken met de maaltijden die wat meer moeite kosten om te zien dat het toch echt loont wat meer moeite in je maaltijd te steken.

Het feit dat de score een vergelijking binnen een categorie aangeeft, is lastig te begrijpen voor de consument. Die vindt het juist prettig om blind te kunnen varen op een eenvoudig kleuren- en lettersysteem. Zonder dit inzicht, werkt het label echter averechts. Een effectief label geeft aan of een product (on)gezond is en dat het product (on)gezonder is dan andere, inwisselbare producten. Nutri-Score is beide niet.

Waarom werkt het energielabel dan wel goed?

Dit is ook een relatieve score, ten opzichte van andere, vergelijkbare producten. Maar in de elektronicamarkt is de inwisselbaarheid veel lager. Je kiest niet voor een televisie in plaats van een magnetron. En ook het energielabel zal er niet voor zorgen dat men afziet van de aankoop van een tosti-ijzer, maar zorgt er wel voor dat mensen kiezen voor het meest zuinige tosti-ijzer.

Nutri-Score zorgt voor verwarring die de waarde ondermijnt

Je kunt bij de McDonalds in Frankrijk patat en hamburgers eten met een groen! Nutri-Score B label. Dit komt niet overeen met de kennis die consumenten hebben over voeding. Zelfs het voedingscentrum heeft twijfels: “Dus bijvoorbeeld groente en koekjes houden ze langs dezelfde meetlat. Hierdoor kunnen voedingsmiddelen in vrijwel álle productgroepen op een goede score uitkomen.” Hun boodschap: zorg dat de labels in lijn zijn met de richtlijnen van de schijf van 5.

En dat zijn ze niet.

Er zijn talloze voorbeelden van onlogische labels. Zoek maar eens in het Albert Heijn assortiment. Hoe meer producten een label krijgen, hoe meer onlogische labels er komen. En hoe meer de consument het label gaat wantrouwen. En er dus niet meer op gaat letten.

Geen onderscheid tussen gezonde en heel gezonde producten

Een ander probleem is dat binnen de gezonde kant van het label geen onderscheid wordt gemaakt tussen gezonde en heel gezonde producten. Witte kaiserbroodjes krijgen hetzelfde label als de volkorenvariant. Wat gemakkelijk tot de conclusie kan leiden dat beide producten even gezond zijn. Een blik op de Albert Heijn website leert dat je makkelijk je mandje kan volladen met producten met een A label en toch een niet zo gezond mandje hebt.

Weinig onderzoek naar effect op mandje

Er is wel onderzoek gedaan om de effectiviteit van het label te onderbouwen. Het meeste onderzoek lijkt zich te focussen op keuzes die consumenten maken binnen een categorie. En daaruit blijkt in de meeste gevallen dat Nutri-Score helpt om gezondere keuzes te maken. Maar gek genoeg lijkt er weinig gedegen onderzoek te zijn over de uiteindelijke effectiviteit van de score. Onderzoek dat laat zien of het label in staat is om consumenten daadwerkelijk gezonder te laten eten door betere keuzes te maken. Daarbij dient goed te worden onderzocht of consumenten niet gaan switchen naar producten uit ongezondere categorieën die hetzelfde of zelfs een beter label hebben.

Heldere uitleg noodzakelijk

Samengevat, Nutri-Score helpt om binnen een bepaalde categorie de gezondste variant te kiezen. Maar niet om producten uit gezondere categorieën te kiezen. En daar valt nou net de grootste winst te behalen als het gaat om het gezonder maken van eetgewoontes.

De enige manier om van Nutri-Score daadwerkelijk een succes te maken:

  • Nadrukkelijk communiceren dat de Nutri-Score binnen een categorie geldt,
  • En daarbij duidelijk te maken wat dan die categorie is,
  • En dan erbij vertellen dat er mogelijk gezondere categorieën zijn waaruit je een alternatief product kunnen kopen.

Al met al best een moeilijke boodschap voor een label dat er zo eenvoudig uitziet. Duidelijke communicatie over de betekenis van de Nutri-Score (een vergelijking van producten binnen productgroepen) is ook wat juist Serge Hercberg, de Franse ontwikkelaar van Nutri-Score, benadrukt.

Een bijkomend effect is wel dat fabrikanten hun best gaan doen om een A score te krijgen. Je wilt niet een C hebben terwijl je concurrenten een A hebben. Dit hebben we ook met het energielabel gezien. Misschien is dit wel de grootste winst.

Durk Bosma
Head of Thought Leadership bij Future of Food Institute

Durk Bosma is consumentenonderzoeker, gespecialiseerd in duurzame voeding. Hij is oprichter van het Future of Food Institute, een marktonderzoekbureau gespecialiseerd in consumentengedrag op het gebied van duurzaam eten. In 2022 was het genomineerd voor marktonderzoeker van het jaar door branchevereniging MOA. Profielfoto door Lidian van Megen

Categorie
Tags
food,

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!