De toekomst van het internet (5): Privacy online is geen issue

12 november 2010, 12:32

Op 22 september organiseerde IQNOMY Liquid Internet, tijdens PICNIC 2010, de Rondetafelsessie ‘The Next Wave: Liquid Internet’. Dé experts op het gebied van internet in Nederland verzamelden zich om met elkaar te discussiëren over de toekomst van het internet. Eerder deed ik al verslag van de eerste, tweede, derde en vierde stelling die behandeld zijn tijdens deze sessie. Vandaag is het tijd voor de vijfde en laatste stelling.

Privacy online is geen issue

Steeds meer online

De gemiddelde tijd die wij dagelijks op internet doorbrengen, neemt steeds sneller toe. Gemiddeld zijn we per dag al meer dan 100 minuten online, zoals blijkt uit het Tijdbestedingsonderzoek 2010 van SPOT. Deze stijging heeft niet zozeer te maken met het feit dat we surfen op het internet leuker zijn gaan vinden, maar komt voornamelijk doordat we steeds meer activiteiten online kunnen organiseren.

Een aantal jaar geleden gebruikten we het internet nog vooral voor het vinden van informatie, maar tegenwoordig is ons online arsenaal stevig uitgebreid. We boeken we er onze vakantie, doen er onze bankzaken, communiceren er met relaties en vrienden, bestellen er allerlei producten en bekijken er tv, films en video’s.

Persoonlijke data dump

Het gevolg van de toename in online activiteiten is dat we -bewust én onbewust- steeds meer persoonlijke sporen achterlaten op het internet. We hebben immers voor elke activiteit een account waarin we in meer of mindere mate persoonlijke informatie stoppen. We geven dus steeds meer van onszelf weg.

Deze vrijgevigheid in persoonlijke data lijkt erop te wijzen dat we onze zorgen over privacy op internet aan het loslaten zijn. Maar is dat wel zo? Misschien hebben we er ons helemaal nooit druk om gemaakt. Misschien is de hele discussie rondom privacy ons aangepraat door overheden en partijen die het revolutionaire succes van de nieuwe media wilden tegenhouden.

Zijn we onterecht bang gemaakt door partijen met een dubbele agenda? Of is privacy wel degelijk een actueel thema als het om de toekomst van het internet gaat?

Het is niet nooit wat het lijkt

Het panel lijkt het er stellig over eens te zijn; privacy zal altijd een belangrijk issue blijven. Logisch, want niemand zit er op te wachten dat zijn of haar bankgegevens op straat komen te liggen. We zijn dus wel degelijk (nog) privacygevoelig. Is het dan niet vreemd dat we massaal onze persoonlijke gegevens het internet op aan het pompen zijn?

Op deze vraag lijken drie antwoorden mogelijk: (1) de privacy is gewoon goed geregeld en dus hebben we voldoende vertrouwen in de partijen waaraan we onze gegevens uitlenen, (2) we hebben onvoldoende vertrouwen maar accepteren de vervaging van onze privacygevoeligheid voor een hoger doel, of (3) we weten niet wat de gevolgen zijn van onze persoonlijke data dump en hebben dus geen idee waar we mee bezig zijn.

Het laatstgenoemde scenario zal de minst waarschijnlijke zijn. Internetgebruikers weten over het algemeen namelijk erg goed waar ze mee bezig zijn. Beter dan we vaak denken. Dit blijkt onder andere uit de statistieken over het niveau van profielafscherming van Hyvesgebruikers. Zij publiceren steeds meer persoonlijke informatie online, maar schermen tegelijk ook steeds meer af; zo’n 70 tot 80 procent van alle persoonlijke data op Hyves is afgesloten. Tegen de verwachtingen in zijn het de jongeren die hiervoor verantwoordelijk zijn. Zij hebben het wat privacy betreft het beste voor elkaar. Het lijkt er dus op dat jongeren erg goed weten waar ze mee bezig zijn op het internet.

De overgebleven 20 tot 30 procent van alle persoonlijke data die wel onbeschermd is, is het deel dat onze beeldvorming dus blijkbaar vertroebelt. Want we spreken er met z’n allen regelmatig schande van dat “iedereen alles zomaar op internet gooit”, nietwaar? Blijkbaar onterecht. Maar ook weer niet geheel onlogisch. Want ook al is maar 20% van alle data op Facebook en Hyves openbaar, dat is nog steeds gigantisch veel.

Exhibitionisme

We zijn dus niet dom. Zoveel is duidelijk. Maar wat is dan de reden dat we zoveel van onze persoonlijke data in handen leggen van organisaties die we eigenlijk niet kennen? Dit zal waarschijnlijk te maken hebben met een combinatie van de eerste twee punten. We vertrouwen er klaarblijkelijk op dat online partijen discreet met onze gegevens omgaan, en tegelijkertijd rekken we onze privacygevoeligheid op omdat we de voordelen van deze vorm van exhibitionisme en personal branding ervaren.

Deze conclusie leidt ons naar een tweedeling in het privacy vraagstuk. Ons online gedrag zorgt ervoor dat we geconfronteerd worden met twee soorten van privacygevoeligheid, namelijk: privacygevoeligheid aan de voorkant en privacygevoeligheid aan de achterkant.

Privacy is geen privacy

Privacy aan de voorkant heeft te maken met onze gevoeligheid omtrent alles wat online gepubliceerd wordt. Concreet is dit de persoonlijke informatie die we openstellen voor anderen, bijvoorbeeld op profielen van online sociale netwerken zoals Hyves, Facebook en Twitter. Privacy aan de achterkant heeft te maken met de gevoeligheid omtrent onze data die staat opgeslagen in de databases van online partijen, en dus niet openbaar hoort te zijn. Hieronder vallen niet alleen de online sociale netwerken, maar bijvoorbeeld ook de bankensites, de Bol.commen en de Amazons van deze wereld.

Het verschil tussen deze twee vormen is de mate waarop we er controle over ervaren. Bij privacy aan de voorkant kunnen we immers zelf bepalen welke informatie we voor welke groepen willen afschermen of niet. We bepalen immers zelf wat we publiceren op ons Twitter account. Daar heeft niemand anders wat over te zeggen. Zoals blijkt uit het eerder genoemde statistieken van Hyves, krijgen we dit onderdeel steeds beter onder de knie.

Bij privacy aan de achterkant ligt dit anders. Hierbij moeten we vertrouwen op de blauwe ogen en de ethiek van de partijen die wij onze informatie hebben toevertrouwd. Hierover hebben we geen controle en dat maakt dat deze gevoeligheid groter en dus kwetsbaarder is. De reden dat we ondanks gebrek aan controle toch onze persoonlijke data te leen geven, heeft te maken met het vertrouwen in de transparantie en het zelfregulerende vermogen van het internet. Wanneer deze partijen immers onverhoopt verleid worden door de drang naar geld en hierdoor onzorgvuldig met onze gegevens omgaan, dan halen ze zichzelf onderuit. Niet alleen kunnen ze op zo’n moment wetmatig aangepakt worden (o.a. door de Wet Bescherming Persoonsgegevens), maar zullen ze ook door hun eigen gebruikers worden aangepakt. Ze graven dan hun eigen graf, want gebruikers waarvan het vertrouwen is beschadigd lopen weg en komen nooit meer terug.

Met de privacy aan de achterkant zit het dus wel goed. Is het niet onder dwang van wetgeving, dan is het wel door het zelfregulerend vermogen. Hierdoor zal in de toekomst de nadruk voornamelijk gaan liggen op de privacy aan de voorkant.

Aandacht voor de voorkant

Als actief individu op het internet heb je maar een beperkte invloed op de weg die jouw persoonlijke data aan de voorkant aflegt. Je bepaalt in eerste instantie zelf wat je wel en niet publiceert, maar daarna houdt de controle ver op. Je hebt geen invloed op wat anderen vervolgens met die informatie doen, of wat anderen over jou zeggen. Dit maakt het lastig om te controleren wat er over jou op internet te vinden is. Dit aspect van het privacy vraagstuk zal zich in de toekomst nog verder kunnen gaan ontwikkelen.

De verspreiding van persoonlijke data door derden kan in sommige gevallen leiden tot ongewenste situaties. Je zal bijvoorbeeld maar een etentje met een lastige klant hebben afgezegd omdat je liever met vrienden naar de bioscoop wil. Je hoeft die avond maar één semi-bekende tegen te komen die twittert dat hij jou heeft gezien en een mogelijk ongemakkelijke situatie doet zich voor. Hoe ga je daar mee om? Mag diegene eigenlijk wel zomaar over jou twitteren en over waar jij je bevindt?

Een flauw voorbeeld natuurlijk, maar wel iets dat aangeeft dat derden, die met jouw data aan de haal gaan invloed kunnen hebben op jouw privacy. Hoe houd je dat tegen? Is dat überhaupt wel mogelijk?

Dit thema raakt natuurlijk zaken als copyright en portretrecht. Maar om dergelijke wettelijke disciplines over de vrije stroom van online data heen te leggen gaat wellicht wat ver. Wetgeving is in dergelijke situaties vaak te drastisch, waardoor het andere ontwikkelingen op dit vlak ernstig in de weg kan komen te staan.

Aanpassen

De laatste jaren zijn we altijd gewend geweest om ons druk te maken over onze privacy aan de achterkant. Toch lijkt het er op dat het met die privacy wel goed lijkt te zitten. In de toekomst zullen we vaker geconfronteerd worden met privacygevoeligheid aan de voorkant. Dat is wat lastiger dicht te timmeren.

Misschien zit er niets anders op dan dat we onze levensstijl aanpassen aan deze nieuwe ‘bedreigingen’. Misschien moeten we er ons maar gewoon in berusten dat de consequentie van een actief online leven is dat je mag ruiken aan het bestaan van een beroemdheid. Zij kampen immers al sinds jaar en dag met de problematiek van privacygevoeligheid aan de voorkant. En blijkbaar los je dat niet op.

Wie kent er voorbeelden van situaties die geleid hebben tot problemen met privacy aan de voorkant? En hoe kun je daar mee om gaan?

De deelnemers aan de Rondetafelsessie

Marco Derksen | @Marketingfacts oprichter Marketingfacts en voorzitter van de sessie.

Erwin Blom | @erwblo: mede-oprichter van The Crowds en onder meer jurylid van de Spin Awards.

Geert-Jan Smits | @rappesmits: oprichter van internetadviesbureau Jungle Minds.

René Jansen | @renejansen: gepassioneerd verteller en eigenaar managing partner van Winkwaves.

Yme Bosma | @yme: manager Business Development & Partnerships bij Hyves.

Yuri van Geest | @vangeest: hoofd van Emerging Technologies / Singularity bij THNK.

Erwin Sigterman | @zzziggyman: trendwatcher en blogger op Frankwatching.

Iskander Smit | @iskandr: strategy director bij Info.nl.

Ruben Timmerman | @rubzie: oprichter en eigenaar van Eduhub.

Rob Boeyink | @robboeyink: oprichter en eigenaar van IQNOMY, AskNow Solutions en gezondheidscommunity.nl.

Michiel Gerbranda
Oprichter / Eigenaar bij OOGT Communicatie

Brandbuilder: hoping to change the world by creating inspiring brands. Founder/Owner of OOGT.nl and in Pizza-rehab.

Categorie
Tags

4 Reacties

    erik

    Jammer dat Bits of Freedom hier niet vertegenwoordigd is. Als er 1 partij is die alles weet over de implicaties zijn zij het wel. Privacy rondom overheidsinmenging bovendien is veel bedreigender dan een lullige hyves of facebook pagina. Telefoontabs , cachen van dataverkeer, onze eigen overheid is juist de grote privacyschender op dit moment.


    12 november 2010 om 13:06
    Alexander Klopping

    Goh, paarse broeken en internetondernemers maken zich niet zo druk over privacy en vinden alles eigenlijk wel goed geregeld! Dat had ik nou niet verwacht. Misschien volgende keer ook wat experts, zoals idd de gasten van Bits of Freedom, uitnodigen om deze discussie wat diepgang en relevantie te geven.


    14 november 2010 om 09:53
    Alexander Klopping

    Eerlijk is eerlijk, na de video ben ik iets gerustgesteld. Tekst doet totaal geen recht aan het daadwerkelijke gesprek.


    14 november 2010 om 10:09
    Remi

    Allereerst complimenten voor IQNOMY. Ik sta erg sceptisch tegenover video als informatiemedium op internet en kijk zelden een video op bijvoorbeeld Marketingfacts. In een tekst kun je scannen en alleen de interessante stukken kunt lezen. Bij video moet je maar op hoop van zegen beginnen te kijken en hopen dat er wat interessants komt. Dat is bij deze video gelukt, ik heb hem volledig gekeken.

    Beetje makkelijk Alexander Klopping. Jij verdient je brood ook met internet dus je bent net zo hard een paarse broek. Daarnaast: Waarom mag de branche zelf niet discussiëren over de grenzen van privacy op internet?

    Dan inhoudelijk. Yme geeft aan dat 70 a 80% van de Hyves gebruikers persoonlijke data afschermt en dat vooral de jeugd daar juist heel bewust mee omgaat.

    De publieke discussie over dit onderwerp gaat in Nederland ook grotendeels over Hyves, omdat dat nou eenmaal de grootste is. Daarmee is Hyves in Nederland hét symbool van deze discussie geworden. (Net als Facebook internationaal) Ik durf wel te stellen dat mensen juist daardoor bij Hyves ook veel beter opletten dan op andere sites. Dus op andere sites zal dat percentage beduidend lager liggen.

    Kijken we dan naar de leeftijd dan zie ik nog iets interessants: Mediawijsheid educatie. Ik ben nu 30 en ik heb nooit les gehad in mediawijsheid. Maar wie nu op de basisschool zit, de middelbare school volgt, een bibliotheek bezoekt of een abonnement op de Donald Duck heeft krijgt regelmatig training in Mediawijsheid. En dus weten zij over het algemeen prima hoe ze hier mee om moeten gaan en hoe ver ze daar in willen gaan.

    Maar de babyboomers hebben die lessen niet gehad. Die generatie is niet opgegroeid met computers en ze vinden dat vaak nog steeds een beetje eng. Niemand in mijn omgeving heeft ooit een virus op z’n computer, maar bij mijn ouders is het elk half jaar raak. (zucht) Daarnaast is onze maatschappij in de tussentijd verder verindividualiseert en heeft zelfexpressie daardoor een belangrijkere rol gekregen. Iets waar veel wat oudere mensen het nut een stuk minder van inzien.

    Kortom: Mensen van boven de 50 zijn over het algemeen minder mediawijs en zijn daardoor extra vatbaar voor een uitzending van Zembla over diefstal van identiteiten of andere opgeblazen incidenten. En laat het nou net die generatie zijn die in Brussel wetten maakt.


    15 november 2010 om 07:18

Marketingfacts. Elke dag vers. Mis niks!